Amerikaanse wetenschapper: 'Gene editing is niet meer dan hulpmiddel'

Gene editing wordt vaak verward met genetische modificatie. In het eerste geval gaat het om veranderingen in een dier die van nature kunnen voorkomen. In het tweede geval wordt vreemd DNA van de ene soort ingevoegd in een andere. 'We transformeren dieren al duizenden jaren door selectief te fokken', zei Jon Oatley onlangs tijdens een EU-conferentie over biotechnologie in Roemenië.

Amerikaanse+wetenschapper%3A+%27Gene+editing+is+niet+meer+dan+hulpmiddel%27
© Berrie Klein Swormink

Oatley is hoogleraar aan de School of Molecular Biosciences van de Washington State University (WSU). Hij was gevraagd te speken over zijn onderzoek naar gene editing bij vee. In de Verenigde Staten leidde de hoogleraar het onderzoeksteam dat 'surrogate sires' ontwikkelde, een genbewerkingsmethode die kan helpen bij het verbreiden van gewenste en benodigde eigenschappen in vee, zoals een betere hittebestendigheid.

De technologie heeft de potentie om de beschikbaarheid van eiwitbronnen enorm te verbeteren. Dat kan helpen om de groeiende wereldbevolking te voeden. Voorwaarde is volgens Oatley op de Amerikaanse The Pig Site dat mensen het vlees van genetisch bewerkte dieren willen eten. De bijeenkomst was voor Europese beleidsmakers, die vooral daarbij hun vraagtekens zetten.


Het gaat om perceptie

Oatley en zijn team zijn zich terdege bewust van het belang van publieke acceptatie van de technologie. 'Het gaat niet per se om de veiligheid', zegt hij. 'Het gaat om de perceptie van hoe we iets dat als genetisch gemodificeerd kan worden beschouwd op het bord kunnen leggen. Maar we doen het al. We modificeren dieren al duizenden jaren genetisch door middel van selectief fokken. Dit is gewoon een ander hulpmiddel.'

De meest voorkomende vragen die de Amerikaanse hoogleraar in Europa kreeg, gingen over de potentiële noodzaak om producten te labelen, hoe genbewerking het dierenwelzijn zou kunnen beïnvloeden en hoe het vertrouwen van het publiek in de wetenschap kan worden verbeterd. Oatley gelooft niet in de noodzaak om vlees van genetisch bewerkte dieren te labelen als het al veiligheidstests heeft doorstaan, omdat het op hetzelfde niveau zou moeten zijn als vlees van selectief gefokte dieren.

De hoogleraar betoogde ook dat genbewerkingsonderzoek zichzelf al corrigeert voor dierenwelzijn. Want is het niet goed voor het dier, dan schaadt het de productie, stelt hij. Sommige genbewerkingsonderzoeken zijn gericht op het verbeteren van dierenwelzijn. Als voorbeeld haalt de wetenschapper een studie aan die momenteel aan de WSU wordt uitgevoerd om lange staarten bij schapen te elimineren. Daardoor verdwijnt de noodzaak om de staarten van lammeren te couperen.


Eerlijk informeren

Publiek wantrouwen noemt Oatley een lastiger probleem om op te lossen. Eerdere controverses met bedrijven met winstmotieven hebben de perceptie geschaad. Dat is een van de redenen waarom de hoogleraar het zo belangrijk vindt dat academische wetenschappers deelnemen aan beleidsdiscussies. 'Ik lobby niet voor een individuele groep. Ik ben een lobbyist voor de wetenschap. Voor wetenschap die wordt gebruikt om beleidsbeslissingen te informeren', benadrukt hij.

Oatley vervolgt: 'Ik werk elke dag aan gene editing bij dieren en ik kan precies zeggen hoe ik het doe, welke tools ik gebruik en wat de resultaten zijn. Ik ben niet iemand die alleen maar over de wetenschap praat. Ik doe de wetenschap.' Om misvattingen te bestrijden, benadrukt hij het belang van betere communicatie door wetenschappers zelf, beter wetenschappelijk onderwijs op middelbare scholen en de bestrijding van misinformatie online.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

Meer weer