Breder pakket voor agrarisch natuurbeheer

Boeren die agrarisch natuurbeheer toepassen krijgen vanaf 2026 een grotere rol in de transitie van het platteland. Het kabinet trekt daar vanaf dan namelijk jaarlijks 500 miljoen euro extra voor uit. De provincies maken alvast plannen.

Breder+pakket+voor+agrarisch+natuurbeheer
© Joost de la Court

Met het extra geld denken de provincies via agrarisch natuurbeheer een deel van de doelen te halen die onzeker zijn geworden doordat het Provinciaal Programma Landelijk Gebied (PPLG) is afgeschoten. Dat kan door het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) te intensiveren, bijvoorbeeld door meer areaal onder het stelsel te brengen, hogere vergoedingen te bieden voor maatregelen of de regelingen te verbreden.

Toch kunnen deelnemers aan dat ANLb zich nog niet rijk rekenen. Zo maakt iedere provincie haar eigen keuzes in de uitvoering. Provincies met veel veenweiden, zoals Noord-Holland, Friesland, Overijssel en Utrecht, leggen bijvoorbeeld de nadruk op weidevogelbeheer. En die met veel hogere zandgronden – Gelderland, Noord-Brabant en Limburg – vinden het behoud van groene landschapselementen belangrijker. De regelingen die dat oplevert moeten maar net in de eigen agrarische bedrijfsvoering passen.

Een rondvraag onder de provincies over welke veranderingen eraan zitten te komen in het agrarisch natuurbeheer levert nog niet veel concreets op. De gesprekken daarover met het rijk lopen nog, stellen diverse woordvoerders. Feitelijk is het wachten op de uitwerking van het regeerprogramma.

Er zijn genoeg boeren die door het beperkte budget niet mee kunnen doen

Provinciebestuur Zeeland

Wat wel opvalt: alle provincies zijn ervan overtuigd dat inzetten op meer agrarisch natuurbeheer loont. En dat er kansen liggen in het verbreden of intensiveren van de huidige ANLb-regelingen ten behoeve van het hele platteland. Maar de middelen die daarvoor worden vrijgemaakt zullen ondergeschikt blijven aan de doelstellingen, zeggen ze er direct bij. Als een soort winstwaarschuwing.

'Provincies kunnen aangeven waar hun behoeften liggen op de thema's biodiversiteit, landschap en klimaat en water. Verwacht wordt dat ze inzetten op die opgaven die urgent zijn en die raken aan het beheer zoals dat via het ANLb wordt uitgevoerd', licht provincie Fryslân toe.


Overijssel concreet

Overijssel is nog het meest concreet. Die provincie mikt op een jaarlijkse extra rijksbijdrage van 40 miljoen euro waarmee boerenlandvogels, groenblauwe dooradering – het beheer van singels, struweel en natuurvriendelijke oevers – en de aanleg van landschapselementen zoals houtwallen kunnen worden gestimuleerd.

'Zowel uitbreiding van het areaal agrarisch natuurbeheer als nieuwe activiteiten, innovatieve landbouwpraktijken en meer oppervlak met duurzaam beheer – dus via het ANLb – kunnen bijdragen aan gebiedsprocessen. En aan het realiseren van natuur-, water en klimaatdoelen die voorheen onder het PPLG vielen', meldt de provincie Overijssel.


Extra bijdragen aan boeren

Noord-Holland kiest voor meer areaal in kansrijke gebieden en nieuwe activiteiten, zoals langdurige contracten die meer zekerheid bieden. Ze denkt ook aan het verlenen van extra bijdragen aan boeren die grond inzetten om de natuur- en waterdoelen te halen. Ze wil het ANLb in algemene zin duurzamer maken. 'Dat kan veel natuur- en landschapswaarde toevoegen en dus ook bijdragen aan doelen uit het voormalige PPLG', redeneert de provincie.

In Friesland gaat het vooral om het uitvoeren van het Aanvalsplan Grutto. Daarbij wil de provincie het beheer in de kansrijke weidevogelgebieden verder uitrollen. Voor het landschaps- en akkerbeheer kijkt ze met name naar het behoud van areaal en de bijbehorende soorten.


Doelsturing

Daarnaast willen meer provincies dan nu – Drenthe, Noord-Brabant en Utrecht – de komende jaren aan de slag met stimuleringsregelingen in het kader van de doelsturing. Kort gezegd: ze willen boeren belonen als zij extra maatregelen nemen op het gebied van verduurzaming.

Provincie Groningen zegt dat er zeker nog ruimte is voor verzwaring en uitbreiding van de bestaande regelingen voor akker- en weidevogelbeheer. 'Daarnaast liggen er kansen voor extra inzet van groenblauwe dooradering, naar inzet op beheerpakketten voor water en klimaat.'

Drenthe stelt vooralsnog het eigen Natuurbeheerplan te volgen voordat er nieuwe wegen worden ingeslagen. De provincie ziet koppelkansen tussen weidevogels en klimaatopgaven voor de veenweidegebieden en tussen de bossenstrategie en de opgave in de groenblauwe dooradering. 'Daarmee wordt het ANLb breder ingezet dan enkel het beheer via de huidige regelingen.'


Groei van ANLb-budget

Provincie Flevoland verwacht dat het ANLb-budget daar verder groeit naar 6 miljoen euro per jaar. 'Daarmee worden niet alleen de vergoedingen verhoogd, maar wordt er vooral op ingezet om de situatie van die soorten te verbeteren die afhankelijk zijn van het agrarisch gebied.' Dat kan in Flevoland door meer areaal toe te wijzen voor de regelingen binnen het ANLb.

Utrecht wil inzetten op meer areaal weidevogelgrasland en ecologisch slootbeheer, omdat 'Brussel aanstuurt op het behalen van de doelen voor de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn water.


• Lees ook dit opiniestuk van voorzitter Marije Klever van BoerenNatuur van augustus: 'Zet vol in op agrarisch natuurbeheer'

Het ANLb is volgens provincie Utrecht prima bruikbaar als instrument om diverse doelen uit het geschrapte Nationaal Programma Landelijk Gebied toch te behalen. 'Denk aan het realiseren van de 10 procent groenblauwe dooradering in het landelijk gebied, waarbij de landschapselementen veelal moeten worden beheerd via het ANLb.'

Noord-Brabant wil het ANLb-potje inzetten voor de extra groenblauwe dooradering die in het PPLG was opgenomen, de klimaat- en waterdoelen en verdere extensivering van de landbouw. Het gereserveerde budget voor ANLb-ecosysteemdiensten wil de provincie 'breder inzetten dan enkel voor ANLb'.


Veel animo

Wanneer meer middelen beschikbaar komen kan volgens het Zeeuwse provinciebestuur worden begonnen met uitbreiding van het areaal. 'Er zijn genoeg geïnteresseerde agrariërs die door het huidige beperkte budget niet mee kunnen doen. Verder wordt voortdurend gekeken of nieuwe of aangepaste beheerpakketten nodig en mogelijk zijn.'

Gelderland wil de ANLb-miljoenen onder meer inzetten voor droogtemaatregelen in de Achterhoek en de opvang van wateroverlast bij piekbuien. Daarnaast wil ze op 25.000 hectare landbouwgrond nabij kwetsbare natuurgebieden en in beekdalen agrarisch natuurbeheer laten plaatsvinden. 'De 500 miljoen euro biedt nieuwe mogelijkheden.'



Voorzitter Marije Klever van BoerenNatuur: 'Wij hebben er zin in, het ANLb is een bestaand instrument dat al goed functioneert'
Voorzitter Marije Klever van BoerenNatuur: 'Wij hebben er zin in, het ANLb is een bestaand instrument dat al goed functioneert' © Marnix Schmidt

'Het ANLb moet geen duizenddingendoekje worden'


De 500 miljoen euro die vanaf 2026 jaarlijks voor het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb) vrijkomt is bij BoerenNatuur positief ontvangen. 'Het mooie is dat je zowel landbouw als natuur sterker maakt', zegt voorzitter Marije Klever van de koepel van agrarische collectieven.

'Wij hebben er echt zin in. Het ANLb is een bestaand instrument dat al goed functioneert. Wij hebben daarom op basis van gesprekken met de bij ons aangesloten collectieven richting het ministerie aangegeven hoe wij het voor ons zien. Want de kans is groot dat het budget in ieder geval deels via het ANLb-stelsel bij boeren terechtkomt', legt Klever uit.


Wat maakt de collectieven geschikt?

'Zij zitten dicht bij de boeren, kennen het gebied en weten wat nodig is om de doelen te halen. Wij hebben zelf berekend dat er eigenlijk jaarlijks 1,1 miljard nodig is om bestaande ambities te realiseren en alle boeren een fatsoenlijke boterham te laten verdienen met groenblauwe diensten. Maar met 500 miljoen euro kun je al een grote stap maken.

'Je kunt ook niet alle boeren in één keer mee laten doen, dat vraagt een zorgvuldige opbouw. Ik kan me voorstellen dat uitbreiding niet alleen met belastinggeld maar ook door het bedrijfsleven betaald wordt. Boeren kunnen een deel van de vergroeningsdoelen van het bedrijfsleven verzorgen.'


De 500 miljoen euro komt in 2026. Hoe gaat het in 2025?

'Nu is er 120 miljoen euro. Hoeveel het volgend jaar wordt is nog niet helemaal duidelijk. Ik hoop dat er meer geld komt, veel collectieven hebben al wachtlijsten. En de kosten gaan voor de baten uit. Zo moeten we meer veldmedewerkers aannemen en opleiden als we gaan groeien.'


Provincies hopen via het ANLb ook NPLG-doelen te halen. Hoe reëel is dat?

'We moeten oppassen dat het ANLb geen duizenddingendoekje wordt, je kunt met 500 miljoen euro niet alle doelen uit de PPLG's realiseren. Maar met het ANLb kun je heel gebiedsgericht werken, met de juiste maatregel op de juiste plek.'


Welke doelen kunnen wel en niet?

'Met het ANLb kun je goed werken aan gebiedsspecifieke doelen, bijvoorbeeld op het vlak van waterkwaliteit, klimaat en de Vogel- en Habitatrichtlijn. Maar er zijn ook maatregelen die minder goed passen, zoals bijvoorbeeld het verlagen van het eiwitgehalte in het voer. Dat is in principe een goede maatregel, maar die past beter bij een generieke regeling.'



Biologisch vleesveehouder Oane Smink heeft dertig longhorns.
Biologisch vleesveehouder Oane Smink heeft dertig longhorns. © Joost de la Court

'We kunnen de weidevogel redden'


Vraag ANLb-deelnemers wat er beter kan aan het huidige stelsel voor agrarisch natuurbeheer en je krijgt vaak al snel een duidelijk antwoord. Iedere boer zou bijvoorbeeld moeten kunnen deelnemen aan weidevogelbeheer. Dat gebeurt nu niet omdat de vergoedingen voor veel van hen nog te laag zijn.

Dat vindt ook veehouder Oane Smink in het Friese Baaium. Hij boert biologisch en is zeer begaan met het wel en wee van de kieviten, grutto's, scholeksters en tureluurs op zijn land. Smink heeft agrarisch natuurbeheer liggen op 17 hectare op een totaal van 27, voornamelijk mozaïekbeheer. Hij houdt vleesvee in de vorm van dertig Engelse en Amerikaanse longhorns. Doordat hij extensief werkt zijn beheerregelingen zoals uitgestelde maaidata, beperkingen in het bemesten en mozaïekbeheer goed in de bedrijfsvoering in te passen.

Volgens de veehouder valt er met vrij eenvoudige ingrepen snel resultaat te boeken. Zo liet hij in zijn land drie slenken graven die jaarrond deels onder water staan. 'In de jaren ervoor zag je hier geen weidevogels meer, maar met deze ingrepen kwamen ze weer helemaal terug. Afgelopen jaar broedden hier zo'n 24 paar.'


Plaatje past precies

Met gemiddeld drie runderen per hectare weet Smink het gras in het voorjaar op de juiste hoogte te houden om het aantrekkelijk te maken voor de weidevogels. 'We kunnen ons beweidingsschema goed inpassen in de regelingen. Het plaatje past precies.'

Smink zou het liefst zien dat iedere boer in zijn omgeving aan weidevogelbeheer doet. 'Als iedereen 10 procent van zijn land daarop zou inrichten, dus als buren samen, vormen we onze eigen kerngebieden. Maar dan moeten de vergoedingen wel omhoog.'

De Friese veehouder denkt dat het breedverspreide weidevogelbeheer over het hele buitengebied net zo goed kan werken als de strategie met kerngebieden. 'Omdat de vogels dan meer keus hebben in locaties en ook de predatoren zich zullen verspreiden.'



Hans Veurink hoopt dat over vier jaar elke boer iets doet aan natuurbeheer.
Hans Veurink hoopt dat over vier jaar elke boer iets doet aan natuurbeheer. © BoerenNatuur Veluwe

'Wat kunnen boeren extra doen?'


'Voor het extra geld hebben wij volop ideeën. Wij wachten vooral op de uitwerking.' Directeur Hans Veurink van agrarisch natuurcollectief BoerenNatuur Veluwe klinkt positief. Over één ding maakt hij zich wel zorgen: 'Als wij niet snel weten hoeveel geld wij krijgen en wat we mogen doen, komen extra contracten voor 2026 in gevaar.'

Veurink is voorzichtig. 'Veel mensen denken dat die 500 miljoen euro een-op-een omgezet gaat worden in contracten', stelt hij. 'Dat zou mooi zijn, maar zo gaat het niet altijd. In de praktijk gaat veel geld naar adviesbureaus en plannenmakerij. Daarbij is het best moeilijk om snel vijf keer zoveel budget weg te zetten als we nu hebben.'

Van Veurnink hoeft het ook allemaal niet nieuw te zijn. De boeren die al meedoen aan de projecten van BoerenNatuur Veluwe mogen wel meer ondersteuning krijgen, vindt hij. 'Begin maar eens met de vergoeding op te trekken. Die is al zeven jaar hetzelfde.'

Daarnaast moet er volgens de BoerenNatuur Veluwe-directeur meer zekerheid komen voor boeren die aan het einde van de subsidieperiode instappen. De huidige periode loopt af in 2028. Ondernemers die nu instappen investeren dus voor drie jaar, wie later komt voor een nog kortere periode.


Instap aantrekkelijker maken

Wat Veurink betreft kan ook de instap aantrekkelijker. 60 procent van de boeren op de Veluwe doet mee aan BoerenNatuur, schat hij. Hij zou graag zien dat over vier jaar elke boer iets doet aan natuurbeheer. 'De instappakketten mogen eenvoudiger om aansluiten minder ingrijpend te maken. Al wordt maar één bloeiende akkerrand vergoed. Ervaring leert dat wie eenmaal bezig is, op termijn meer gaat doen.'

Groot probleem is het vertrouwen. Veurink merkt dat de afschaffing van het NPLG het vertrouwen van boeren in de overheid een knauw heeft gegeven. 'We doen pas mee als het geld er is, zeggen zij. Ik hoor ook vaak: wij steken er vrije tijd in en die ambtenaren en dure adviesbureau's krijgen er dik voor betaald.'



Hermen Vreugdenhil vindt de inzet van het extra geld belangrijker dan de hoeveelheid.
Hermen Vreugdenhil vindt de inzet van het extra geld belangrijker dan de hoeveelheid. © NAJK-BNDR

'Dom om iets nieuws op te tuigen'


De financiële injectie voor het ANLb komt als geroepen en kan morgen al worden besteed. Dat zegt directeur Hermen Vreugdenhil van Agrarisch Collectief Rivierenland.

Vreugdenhil staat sinds twee jaar aan het roer van het collectief. Hij ziet dat er bij de koepel BoerenNatuur een professionaliseringsslag gaande is. 'Er zijn al 12.000 ondernemers aangesloten. Het initiatief komt van onderop, dat is de kracht.'

Het is volgens Vreugdenhil dan ook niet zo moeilijk om een doel te vinden voor de besteding van de 500 miljoen euro die de regering jaarlijks gaat uittrekken voor het ANLb. 'Het gaat om het borgen van kwaliteit van de maatregelen. Passen ze in de bedrijfsvoering en hebben ze meerwaarde voor de ecologie?'

Daarnaast moeten boeren ook worden beloond. 'Nu dekt de vergoeding alleen de onkosten. Het zou mooi zijn als er daarbovenop een beloning komt van 20 procent, met elk jaar een indexatie.'


Akkermozaïek

In het rivierengebied zit 'veel energie en initiatief'. Vreugdenhil noemt als voorbeeld de pilot Biodivers Akker Mozaïek waarin acht boeren op 50 hectare eiwitrijke gewassen telen, zoals grasklaver en luzerne, met stroken rustgewassen en akkerranden. 'Dat is goed voor akkervogels, bodemkwaliteit, waterhuishouding en natuurlijke plaagbestrijding.'

Daarnaast wijst hij op de pakketten in de uiterwaarden voor extensief beheer met hooilanden, in combinatie met de meer intensieve bedrijven binnendijks. 'Er ligt een enorme kans om dit door te ontwikkelen', stelt Vreugdenhil.

Het extra geld goed inzetten is belangrijker dan de hoeveelheid, vindt hij. 'Dan heeft het een positief effect op alle grote thema's. Dat is de kracht van het ANLb: het totaalplaatje. Alleen de collectieven kunnen dat met de boeren invullen.'

Dat invullen kan volgens de directeur van Agrarisch Collectief Rivierenland morgen al. 'Er hoeft niets nieuws voor te worden opgetuigd. Dat zou heel dom zijn. Niet langer praten, maar morgen aan de slag.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zondag
    13° / 9°
    30 %
  • Maandag
    11° / 5°
    50 %
  • Dinsdag
    16° / 8°
    10 %
Meer weer