Veehouders duimen voor een droog voorjaar

Veel melkvee- en varkenshouders zijn met volle mestkelders de winter ingegaan. 'Het is gewoon een zorgwekkende situatie voor agrarisch ondernemers', zegt directeur Jan Roefs van het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding.

Veehouders+duimen+voor+een+droog+voorjaar
© niels de vries

Niet alleen de weergoden veroorzaken de huidige spanning op de mestmarkt. Door het verbod op het bemesten van bufferstroken langs waterlopen kon afgelopen jaar naar schatting 15 miljoen kilo stikstof minder worden geplaatst.

Daarnaast is de afbouw van derogatie in volle gang. In december kwam bovendien meer duidelijkheid over de extra beperkingen in de met nutriënten vervuilde gebieden. 'Wat daar de gevolgen van zijn, weten we nog niet exact', zegt Roefs. 'Ook is de vraag in welke mate deze korting via kunstmest of dierlijke mest zal plaatsvinden.'

Op verzoek van Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV) en LTO maakte het Nederlands Centrum voor Mestverwaarding (NCM) een inschatting van de mestmarkt tot 2026. De gebruiksruimte aan stikstof daalt met ruim 70 miljoen kilo, terwijl de export en verwerking van mest al jaren vrij stabiel zijn.

De overheid creëert een acuut overschot wat niet meer te plaatsen is

Johan Mostert, voorzitter sectie meststoffen van Cumela

'Daardoor koersen we af op een onplaatsbaar overschot aan stikstof', zegt de NCM-directeur. 'Dat kan gaan om honderdduizenden extra vrachtbewegingen per jaar.'

Roefs ziet nu al een onrustige mestmarkt, wat met name de varkenshouderij en rundveehouderij treft. In de pluimveehouderij verwacht hij door voldoende verwerkingscapaciteit en vraag naar meststoffen relatief weinig problemen.


Tekst gaat verder onder kader.

Minister Piet Adema noemt mestproductie en afzet 'redelijk in balans'

Demissionair landbouwminister Piet Adema noemt de mestproductie in Nederland en het afzetgebied, inclusief de akker- en tuinbouw, 'redelijk in balans'. Het overschot komt volgens de bewindsman door het gebruik van niet-organische mest. Hij wil vol inzetten op kunstmestvervangers (renure) en heeft bij Eurocommissaris Virginijus Sinkevicius (Milieu) gepleit voor wetgeving. Het Europees Parlement is in meerderheid voorstander van de inzet van deze meststoffen uit dierlijke mest of digestaat. Het gaat om producten die in de benutting van stikstof een vergelijkbare werking hebben met kunstmest (Haber-Bosch). Daarom is er ook geen hoger risico op nitraatuitspoeling naar het grondwater. Bestuurder Eric Stiphout van POV noemt renure een 'gamechanger'. Ook directeur Jan Roefs van NCM zegt dat de voordelen evident zijn. 'Het is een goed technisch antwoord op het wegvallen van derogatie. Het verbetert de waterkwaliteit, verlaagt de ammoniakuitstoot, voorkomt gesleep met mest, maakt mestscheiden aan de bron rendabeler en draagt bij aan het sluiten van lokale kringlopen', geeft de NCM-directeur aan.

'We hebben geen exacte cijfers, maar een aantal akkerbouwers is uitgeweken naar kunstmest. Want met het graan of gewassen op de velden later in het seizoen kon geen drijfmest meer worden uitgereden', legt Roefs uit. 'Het weer is een incidentele factor. Tel daarbij de nieuwe wetgeving op, die is structureel.'

POV-vicevoorzitter Eric Stiphout mist de regie van de overheid om de sanering van de veehouderij in de pas te laten lopen met de strengere mestwetgeving. Ook hij ziet, ondanks een flinke inhaalslag aan mestplaatsing in de loop van 2023, al maanden een overspannen markt.


Mestafzet grote kostenpost

'Zeugenmest wordt verdrongen door rundveemest, wat vanwege de organische stof toch iets makkelijker is af te zetten. En dus zitten varkenshouders die de markt op moeten met een grote kostenpost voor afzet', stelt Stiphout. 'Tegelijkertijd zou dat een prikkel kunnen zijn voor afnemers om meer dierlijke mest te gaan plaatsen, ook in de uithoeken van Nederland.'

Roefs ziet veel nervositeit. 'We horen uiteenlopende geluiden over veel of juist redelijk weinig problemen bij de afzet. Emoties spelen zeker een rol, waardoor de prijzen voor de afzet van varkens- en koeienmest volgens de DCA-monitor in een jaar tijd tot wel 10 euro per ton zijn gestegen. Het is gewoon een zorgwekkende situatie voor agrarisch ondernemers', benadrukt hij.


Volle mestkelders

'We hebben echt behoefte aan een mooi voorjaar, zodat we vanaf half februari kunnen uitrijden. Want veel mestkelders zitten vol', zegt Johan Mostert, voorzitter van de sectie meststoffen van Cumela. De belangenvereniging heeft er samen met LTO tevergeefs bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit op aangedrongen de uitrijdperiode voor afgelopen seizoen te verlengen.

'Er is minder plaatsingsruimte voor mest, niet al die ruimte is benut door het natte voorjaar en het ministerie geeft geen extra ruimte. De overheid creëert een acuut overschot wat niet meer te plaatsen is', aldus Mostert.


Voldoende opslag

Volgens Mostert kunnen in deze tijd alle beetjes helpen. 'Als je voldoende opslag hebt kun je daar je mest tijdelijk in kwijt, maar meer plaatsingsruimte levert het niet op. We zien met name in het noorden van het land dat de norm van 170 gram stikstof niet wordt gehaald. Dan moeten we vroeg in het voorjaar wel het land op kunnen om dierlijke mest uit te rijden.'

De agrarische sector zit nu in een situatie dat meer mest wordt verwerkt om vervolgens kunstmest aan te voeren, stelt de Cumela-bestuurder. 'Vanuit milieuoogpunt is dat een onwenselijke situatie, lijkt me.'


Mest onder de roosters houden

Op dit moment ziet Mostert, die zelf een mesthandel en transportbedrijf runt, voldoende verwerkingscapaciteit. 'Maar voor de komende jaren is het spannend of dat zo blijft. Ook ruimere vergunning voor mestverwerkers is een knop waar de overheid aan kan draaien. Maar vooralsnog rest veehouders de komende maanden niet veel meer dan de mest zo lang mogelijk onder de roosters te houden.'

Volgens Roefs is het verstandig dat veehouders de eigen bedrijfssituatie goed in beeld brengen. 'Misschien zijn er via voermaatregelen nog manieren om het probleem van te veel stikstof in de mest te beperken. De schaarse nutriënten maximaal benutten wordt steeds belangrijker. Daarom zie je ook dat akkerbouwers en tuinders voorzichtiger zijn met de aanvoer van dierlijke mest, want die heeft een langere werking en dat is lastig sturen.'


'Veel gewassen krijgen een lagere bemesting dan nodig is'

Het Nederlandse mestbeleid is in 2023 verder aangescherpt. Zo zijn alle boeren en tuinders verplicht om een bemestingsplan op te stellen. Daarnaast moet het vervoer van mest online en realtime worden geregistreerd. Verder is het verplicht een bufferstrook aan te houden langs een waterloop. Alle agrarische bedrijven in de met nutriënten verontreinigde gebieden moeten in 2025 het gebruik van de totale hoeveelheid stikstof vanuit mest met 20 procent verlagen. In 2023 is Nederland begonnen met het afbouwen van derogatie om te voldoen aan de EU-norm van 170 kilo stikstof uit dierlijke mest per hectare. Dit gebeurt stapsgewijs tot 2026. NCM-directeur Jan Roefs ziet dat nu veel gewassen een lagere bemesting krijgen dan nodig is. In de zuidoostelijke zand- en lössgebieden zijn al bijna tien jaar geleden de stikstofbemestingsnormen teruggeschroefd om het nitraatgehalte in het grondwater omlaag te krijgen. 'Maar dat heeft nul milieuresultaat gehad', concludeert Roefs. 'We moeten echt naar doelvoorschriften waarbij ondernemers zelf aan het roer zitten om binnen de normen te blijven. Nu is iedereen de dupe van het mestbeleid en dat werkt heel demotiverend.'

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    6° / 0°
    85 %
  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
Meer weer