Noord-Brabant meer en meer in de knel door vergunningenstop

'Dus de vergunningverlening ligt wél stil, concludeer ik uit uw antwoord. Waarom blijft de provincie dan toch vasthouden aan de deadline van 1 juli 2024?', vraagt CDA Statenlid Tanja van de Ven zich bijna wanhopig af nadat gedeputeerde Boelema (Water en Bodem) haar vragen heeft beantwoord.

Boelema haalt bij de rondvraag namens Gedeputeerde Staten de kastanjes uit het vuur voor collega Wilma Dirken (VVD). Ze geeft uitleg over het, naar eigen zeggen tijdelijk, stilleggen van de vergunningverlening voor emissiereducerende stalsystemen bij een varkenshouder en twee melkveebedrijven.

De Raad van State stelt dat de werking van combiluchtwassers onvoldoende is en dat de provincie de vergunning voor de varkenshouderij niet had mogen verlenen. Het is volgens de raad onvoldoende onderbouwd dat de benodigde ammoniakreductie wordt gehaald.

Daarop zette de provincie de vergunningverlening tijdelijk stop. Hetzelfde geldt voor de vergunningverlening voor een bepaald type emissiearme vloer in de melkveehouderij. De CDA-fractie wil graag weten of de vergunningverlening definitief op zijn gat ligt. De antwoorden van Gedeputeerde Staten op eerder schriftelijk ingediende vragen geven volgens Van de Ven geen opheldering.

Boelema kan ook bij de rondvraag de lucht niet klaren. 'Vanuit zorgvuldigheid kunnen we geen besluit publiceren, want dan is het onherroepelijk. Het is ingewikkeld om de onderbouwing voor minder uitstoot te toetsen. Ik heb dan ook geen idee wanneer en hoe we de vergunningverlening weer kunnen opstarten. Heel onbevredigend.'

Van de Ven vraagt zich af waarom de provincie dan toch vasthoudt aan de deadline en de daaraan gekoppelde realisatiedatum van de emissiereducerende systemen. Boelema: 'Dat is ooit besloten. Nu zitten we in een spagaat. Deze weg naar Rome staat nu 'on hold', maar er blijven andere wegen open. Daarom blijft de deadline zoals ie is.'