Aardappelen slijten vroeg na laat pootseizoen

Aardappeltelers in Flevoland en Friesland oogsten dit jaar gemiddeld 50 tot 55 ton per hectare, uitgezonderd de laat gepote percelen. Dat verwacht Niek Vedelaar, teeltadviseur bij Delphy in die twee provincies. 'Innovator trekt nog vrij goed door in de nagroei, maar andere rassen geven het al op', meldde Vedelaar vorig week.

'Je kunt je afvragen of je het gewas nu moet doodspuiten of helemaal moet laten gaan. Moet je op de laatste kilo's wachten? De tijd gaat door en de structuur is op sommige plekken al beroerd door de natte oogst van vorig jaar', zegt de teeltadviseur.

Vedelaar rekent erop dat phytophthora ondanks de hoge druk afgelopen zomer weinig impact heeft op de opbrengst. 'Door op tijd te beginnen, hebben telers de schimmel redelijk in de hand kunnen houden, al is het dit jaar wel een flinke kostenpost. De meesten hebben hun aardappelen wel zestien tot achttien keer gespoten. Hoeveel dat precies heeft gekost, weten we straks na het seizoen als we alle teeltkosten weer op een rijtje hebben gezet.'

Accountmanager Midden Jeroen Nijenhuis van Agrifirm schetst een vergelijkbaar beeld voor Flevoland. Maar hij benadrukt wel dat waterschade her en der flinke sporen heeft nagelaten. 'Dat zie je vooral in Zuidelijk Flevoland. Daar wordt op sommige stukken land niet meer dan 30 ton per hectare gerooid.'

Volgens Nijenhuis pik je de percelen waar de ontwatering goed is er zo tussenuit. 'Als je dan ook nog op tijd hebt kunnen poten, dan ben je in het voordeel en hebben de aardappelen veel meer mooie groeidagen gehad.'

In Zuidwest-Nederland zijn aardappeltelers ondertussen al volop aan het rooien. Maar de opbrengsten vallen niet mee. 'De sortering is fijn', zegt akkerbouwadviseur Jan-Willem Scherpenisse van Van Iperen. 'Dit speelt vooral bij Agria en Victoria. Deze rassen hadden wel een goede zetting, soms tot wel twintig knollen per plant. Als de knollen allemaal gezond blijven, kan dat in de opbrengst wel iets compenseren.'

De verschillen zijn groot ziet ook Scherpenisse. 'Zo schommelt in de Hoeksche Waard en op Zeeuws-Vlaanderen de opbrengst tussen 40 en 60 ton per hectare. De laat gepote percelen komen niet aan 40 ton per hectare. Aardappelen die op tijd zijn gepoot, gaan dik door de 50 ton per hectare heen.'

Bewaarbaarheid

Wat betreft de bewaarbaarheid verwacht zowel Vedelaar als Scherpenisse geen problemen. Scherpenisse: 'De kwaliteit is goed. Ik verwacht dat ze rustig de bewaring in kunnen.' Vedelaar voegt toe: 'Het onderwatergewicht is prima en bij de meeste telers is de MH-bespuiting geslaagd.'

In het zuiden en zuidoosten van het land zijn sommige fritesaardappelen door de aanhoudende natheid pas eind juni gepoot. De opbrengstverschillen zullen daarom in vergelijking met de in april gepote percelen behoorlijk groot zijn. Daarop rekent Stefan Michiels, teeltadviseur Zuidoost-Nederland bij Delphy. Concrete opbrengstcijfers wil hij niet noemen.

Holheid

'Aardappelen die in april in de grond zijn gegaan, lijken wat betreft opbrengst goed. Op percelen waar pas eind mei of in juni is gepoot, zien we weinig knollen zitten. Ook is er sprake van holheid', constateert Michiels. 'De kwaliteit wisselt. Waar na het poten veel regen is gevallen, kregen de aardappelen stress en valt het met de kwaliteit nu niet mee. De vraag is of je deze knollen in de bewaring goed kunt houden.'

Verder waarschuwt de Delphy-adviseur voor knolphytophthora. 'Telers hebben het hier tot nu toe redelijk onder controle kunnen houden, maar je moet de knol blijven beschermen. Dat vind ik een belangrijk aandachtspunt. Anders loop je zeker bij veel neerslag risico. Op sommige zandpercelen breken de ruggen open, waardoor het gewas kwetsbaarder wordt.'

Teeltadviseur Noordoost-Nederland Harm de Boer van Delphy benadrukt dat ook zetmeelaardappeltelers de teugels wat betreft de phytophthorabestrijding nu niet moeten laten vieren. Nijenhuis meldt tot slot dat veel biologische aardappelen vroeg zijn afgestorven door phytophthora. Ook zijn veel resistenties tegen de aardappelziekte doorbroken.