'Provincie Noord-Brabant zet boer klem door natuurnetwerk'

ZLTO heeft het ongenoegen kenbaar gemaakt in een reactie op de wijziging van de Brabantse omgevingsverordening. Een jaar geleden zei provincie Noord-Brabant volgens ZLTO-bestuurder Hendrik Hoeksema dat deze 'overbegrenzing' van het natuurnetwerk zou worden geschrapt. 'De provincie houdt zich niet aan de afspraken', stelt hij.

Volgens Hoeksema wordt een juridische truc gebruikt om de extra hectares natuur toch te behouden. De hectares die niet binnen het Nationaal Natuurnetwerk passen, waarvoor het Rijk geld beschikbaar stelt, worden ondergebracht in een Natuurnetwerk Brabant.

Beperking

'Boeren die op die grond zitten, worden beperkt in de ontwikkeling van hun bedrijf', legt de ZLTO-bestuurder uit. 'Verkopen aan een andere partij kan alleen met groot verlies, want de grond is bestemd voor natuur. Maar verkopen aan de provincie kan ook niet, want die heeft voor deze gebieden geen geld beschikbaar. Wanneer je als agrariër natuurinclusief wilt ondernemen, kun je ook geen aanspraak maken op financiële middelen.'

De provincie zegt extra geld te krijgen vanuit het Rijk voor het Brabants Programma Landelijk Gebied. Maar die kans lijkt klein met het oogt op de inhoud van het regeerakkoord.

Handreiking

Volgens Hoeksema heeft ZLTO een handreiking gedaan richting de overheid. 'Kijk of je die 2.000 hectare kunt betrekken bij de gebiedsprocessen', stelt hij voor. 'En geef boeren de ruimte om te vergroenen op een manier die past bij hun bedrijf. Als je flexibeler bent in het inrichten van groen op landbouwgrond, dan is het voor boeren makkelijker daaraan mee te doen.'

Vooralsnog is op dit voorstel niet gereageerd. Hoeksema is stellig: 'Als de provincie hier ook niets in ziet, dan moeten we terug naar 0 hectare overbegrenzing. Ik ben er klaar mee.'

Luisteren

Wat als de provincie niets doet met de brief van ZLTO? 'Dan gaan we met politici praten', zegt de ZLTO-bestuurder. 'Provinciale Staten moeten de verordening nog vaststellen. Hopelijk willen zij naar ons luisteren.'

Hoeksema suggereert dat de gang van zaken gevolgen zal hebben voor de samenwerking met de provincie, bijvoorbeeld in de gebiedsgerichte aanpak: 'Wat heeft het nog voor zin om afspraken te maken als die niet worden nagekomen?'