De waarheid over broeikasgassen

De totale rekensom over de uitstoot van broeikasgassen door de melkveehouderij laat een andere uitkomst zien dan nu wordt aangenomen. Het wordt tijd dat de héle waarheid onder ogen wordt gezien.

De+waarheid+over+broeikasgassen
© Twan Wiermans

Er lijkt geen twijfel te bestaan over het feit dat de melkveehouderij een flink aandeel heeft in de broeikasgasuitstoot en dat deze sector daardoor een probleem heeft. Er is alleen nog discussie over de omvang, dus over het aandeel van de melkveehouderij in de totale uitstoot.

In de uitstootcijfers wordt geen rekening gehouden met het feit dat er in de grondgebonden melkveehouderij ook broeikasgassen worden vastgelegd in de vorm van gewassen. Gewasgroei betekent ook vastlegging van CO2, waarbij zuurstof vrijkomt. Bij de gemiddelde grasproductie in Nederland wordt zo jaarlijks 22.000 kilo CO2 per hectare vastgelegd.

Tijdelijk

Maar deze vastlegging is tijdelijk. Als CO2 in de vorm van gras en mais vervolgens wordt gevoerd aan het vee, komen broeikasgassen vrij, namelijk methaan, lachgas en CO2. Bereken je deze uitstoot van broeikasgassen voor een hectare grasland, dan is dat, omgerekend in eenheden CO2, 18.000 kilo.

Er lijkt geen twijfel te bestaan over het feit dat de melkveehouderij een flink aandeel heeft in de broeikasgasuitstoot

Cor Kwakernaak, voormalig docent Van Hall Larenstein

Als je deze uitstoot per hectare vergelijkt met hiervoor berekende tijdelijke vastlegging van CO2, dan is het duidelijk dat de uitstoot van alle broeikasgassen lager is dan het vastgelegde CO2. Deze uitkomst is heel anders dan wanneer je alleen met de uitstoot rekening houdt.

Organische stof

In het bovenstaande is dan nog niet meegerekend dat je in de bodem ook nog langdurig CO2 kunt vastleggen. Vooral bij grasland kan er veel CO2 als organische stof in de vorm van graswortels worden vastgelegd. Verhoging van het organischestofgehalte in de bodem gaat overigens niet zonder slag of stoot en is afhankelijk van grondsoort, grondbewerking, waterstand, weer enzovoort. Het gaat langzaam.

Los van deze langdurige opslag van CO2 in de bodem laat de tijdelijke opslag van CO2 in de vorm van gras zien dat er in de grondgebonden melkveehouderij eigenlijk geen sprake is van een nettobroeikasgasemissie.

Krom

Het is krom dat ooit de afspraak is gemaakt om deze tijdelijke vastlegging van CO2 niet mee te nemen in de berekening, maar de uitstoot wel. Dat heeft grote gevolgen voor het juiste zicht op wat er gebeurt bij inkrimping.

Stel je voor dat we de melkveehouderij inkrimpen om de broeikasgasemissie te verlagen. Als we daarvoor grasland uit productie nemen, bijvoorbeeld voor huizenbouw of natuur, dan zal de veestapel kleiner moeten worden en ook minder broeikasgassen uitstoten. Maar de vastlegging van CO2 ben je op die uit productie genomen oppervlakte ook weer kwijt.

Geen nettoverlaging

Wat schieten we dan per saldo op met deze vorm van inkrimping van de melkveesector? In elk geval geen nettoverlaging van de uitstoot van broeikasgassen. Wat wel wordt verlaagd, zijn de productiewaarde, de exportwaarde en de werkgelegenheid in de melkveehouderij.

Ons productiegrasland in de melkveehouderij, waar we in Nederland bijna 1 miljoen hectare van hebben, is waardevol voor het vastleggen van CO2 en het produceren van O2. Dat daarbij broeikasgassen vrijkomen, is helaas onvermijdelijk. Het vastleggen van broeikasgassen compenseert dat volledig.

Heffing

Wanneer er een heffing op CO2-uitstoot komt, ook voor melkveebedrijven, is het van de zotte als er alleen met de uitstoot wordt gerekend en niet met de tijdelijke vastlegging.

Cor Kwakernaak Voormalig docent Van Hall Larenstein

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    6° / 0°
    85 %
  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
Meer weer