‘Het is voor mij een grote kans om het stokje over te nemen’

De vader en oom van Paul Bressers hebben nu een laanboomkwekerij, maar daarvoor hadden ze een melkveehouderijbedrijf. Ze zijn overgeschakeld omdat ze meer groeimogelijkheden zagen in laanbomen. Het grote doel van Paul Bressers is overname van de laanbomenkwekerij van zijn vader en oom.

Wilde je dat al van jongs af aan?

‘Ik had van jong af aan interesse, in het buiten werken, in het alles zelf doen, in de mechanisatie, eigenlijk interesse in alles. Niet alleen in de boomteelt, maar in de hele agrarische sector.’

Wanneer begon je belangstelling voor de boomteelt echt serieus te worden?

‘Vanaf mijn tiende ben ik mee gaan werken. Vanaf mijn veertiende ben ik ook bij een andere boomkweker gaan werken, toen duidelijk werd dat ik er echt zin in had.

‘De afgelopen drie jaar heb ik de driejarige opleiding boomteelt gedaan op Helicon in Helmond. Daar heb ik bij vijf bedrijven stage gelopen. Daar heb ik veel geleerd.’

Daarna ben je aan de slag gegaan?

‘Ja, ik verhuur me nu als zzp'er; ik werk onder andere nog bij drie van de vijf bedrijven waar ik stage heb gelopen.
‘Twee dagen werk ik thuis op de kwekerij en één dag op mijn eigen kwekerij. Daar ben ik tijdens de opleiding al mee gestart. Eerst met een kwart hectare, nu met twee percelen van een halve hectare.’

Wat heb je zelf voor kwekerij?

‘Ik vermeerder laanbomen door middel van oculeren. Dat is enten met een enkele knop in plaats van met een klein takje. Ik lever voorlopig nog alles aan de kwekerij van mijn vader en oom. Ik heb nu de eerste twee percelen geleverd.’

Waarom ben je voor jezelf begonnen?

‘Ons pap heeft dat gestimuleerd. Hij is destijds ook gestart met vermeerdering van oculaties. Het is goed om van onderaf te beginnen, met uitgangsmateriaal. Daar leer je het meeste van.’

Je had ook thuis op de kwekerij kunnen gaan werken en nog wat extra zzp-werk erbij kunnen nemen.

‘Dat had gekund. Maar ik wil niet alleen naar anderen luisteren, ik wil het ook zelf doen. Het is niet altijd leuk en er zit best veel risico in. Als het bijvoorbeeld hagelt kan ik flinke schade hebben. Dan heb ik vet pech. Maar als het lukt en je kunt een mooi product afleveren, geeft dat voldoening.’

Is je vader een voorbeeld voor je?

‘Zeer zeker, mijn oom ook.’

Op welk gebied?

‘In alles. Niet alleen op het gebied van kennis. Ook in de houding om zo natuurlijk mogelijk te telen, in het denken op de lange termijn, bijvoorbeeld door veel aandacht te geven aan de bodem. Het is niet toevallig dat mijn zus bij Soiltech werkt, dat gericht is op een vitale bodem en gezonde planten.’

Telen jullie biologisch?

‘We zitten daar wel dicht tegenaan. Maar biologisch kweken biedt nog geen meerwaarde in de boomkwekerij. We gebruiken wel veel minder chemische gewasbeschermingsmiddelen dan gangbaar.’

Hoe?

‘Met een grasbaan tussen de bomen, die we maaien. Dan hoeven we daar niet te spuiten tegen onkruid. Het gemaaide gras komt tussen de bomen; dat remt onkruid daar. Het resterende onkruid spuiten we met een zo laag mogelijke dosering.

‘Om ziekten en plagen te voorkomen spuiten we elke twee weken de bladmeststof Fytaforce. Dat zorgt voor meer vitale bomen met duidelijk minder aantasting door schimmels en bacteriën.’

De boomkwekerijsector maakt een moeilijke tijd door. Schrikt dat je niet af?

‘De boomkwekerij zit nu in een crisis. Twintig jaar geleden was het een stuk makkelijker. Toen was de vraag groter dan het aanbod. Dat is nu andersom.

‘Maar het is beter om nu te starten dan in een goede tijd. Anders word je verwend. Als het nu lukt, lukt het in betere tijden sowieso.’

Ben je al bezig met de overname?

‘Samen met een adviseur zijn we nu gesprekken aan het voeren. Nog niet over financiële zaken, maar bewust eerst alleen op persoonlijk gebied: hoe zie ik het, hoe zien mijn ouders het en hoe zien oom en tante het?’

Wat doe je verder om je voor te bereiden op de overname?

‘Ik wil nog avondcursussen volgen, zoals Duits en verkooptechniek. Mijn vader en oom doen er nu geen handel bij. Ik zou dat in de toekomst wel meer willen doen. In onze sector is gelukkig nog vrije handel. We zijn niet afhankelijk van een paar hele grote afnemers.

‘Ik ben bewust niet naar de HAS gegaan. Als ik werkstukken moet maken zit ik me toch alleen maar te ergeren, hoewel je er wel van leert.’

Is alles wat je doet er nu op gericht om het bedrijf over te kunnen nemen?

‘Ja. Het is voor mij een grote kans om dit bedrijf voort te zetten en als volgende generatie het stokje over te nemen. Dat doe ik het liefst.’

Wat vind je het leukste werk?

‘Dat je met oculeren start met niets en dat op een natuurlijke manier doorkweekt tot een mooie volwassen laanboom, een mooi groen product. Niets is mooier dan om daarmee je geld te verdienen.
‘Bovendien houd ik van de vrijheid en het buiten werken. Als de zon schijnt als ik bezig ben, is het echt genieten. Daar doe ik het voor.’