Pluimveehouder verdient ook in 2025 een goede boterham

Volgens de laatste cijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland hebben zo'n 230 pluimveebedrijven zich ingeschreven voor de Lbv of Lbv-plus. 'Uit navraag blijkt dat vooral grote legpluimveehouders in de Limburgse regio De Peel en in provincie Noord-Brabant zich hebben ingetekend', licht Van Horne toe.

Ondanks de goede verwachtingen voor het inkomen zijn zij aan het rekenen geslagen, stelt de sectoreconoom. 'En als al die bedrijven daadwerkelijk stoppen, dan zal dat volgend jaar grote effecten hebben. Ik verwacht dat de nationale legpluimveestapel dan met 10 tot 15 procent afneemt.'

Verdere sectorkrimp ziet hij door het verlagen van de bezetting als gevolg van keurmerken en in het kader van regelgeving dat voortvloeit uit het Convenant dierwaardige veehouderij. 'Die combinatie zorgt volgend jaar voor een grote afname in de omvang van de sector. De huidige pluimveestapel van zo'n 104 miljoen dieren zakt dan terug naar 80 tot 85 miljoen stuks pluimvee.'

Die afname zet ook de aanvoer van droge pluimveemest naar bijvoorbeeld de biomassacentrale in Moerdijk en naar composteerders onder druk. Van Hoste: 'Dat gaat voor flink wat roering in de mestmarkt zorgen.'

Goede vraag

De markt heeft daarnaast ook nog te maken met een continue dreiging van vogelgriep. 'Al speelt dat wereldwijd een grote rol', vult Van Horne aan. 'Positief is dat de consumptie van pluimveevlees zich positief ontwikkelt. Daardoor neemt de vraag toe.'

Ook de vraag naar eieren is goed. Dat zal volgens de econoom een gunstig effect hebben op de prijsvorming in de pluimveehouderij in 2025. 'Voor wat betreft het inkomen zal het wederom een feestje worden voor pluimveehouders', concludeert Van Horne.