Manifest melkveehouderij: geen verdere krimp veestapel

LTO Melkveehouderij, Agractie, Dutch Dairymen Board, de Natuurweide, Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, Nederlandse Melkveehouders Vakbond en Netwerk Grondig hebben een tienpuntenplan opgesteld. Bestuurder Jos Verstraten van LTO Melkveehouderij noemt het manifest een verlengstuk van het mislukte Landbouwakkoord. Volgens hem zijn de zeven organisaties het unaniem eens over de plannen. 'We willen dit gezamenlijke geluid nu laten weerklinken, nu het Landbouwakkoord niet tot stand is gekomen.'

Volgens de betrokken organisaties gaat het aantal melkkoeien in Nederland door de opkoopregelingen en huidige afroming van fosfaatrechten tot 2035 met 15 tot 20 procent dalen. Zij vrezen dat de kracht van de keten zal afnemen als de veestapel nog verder afneemt. Dit brengt het daaraan verbonden verdienvermogen en de bijdrage aan de voedselvoorziening in gevaar.

Vooruitstrevend

De zeven belangenbehartigers stellen dat hun sector vooruitstrevend is met zijn doelstellingen als het gaat om klimaat en milieu. Om dit te realiseren, wil de sector erkenning voor alles wat er in de melkveehouderij gebeurt als het gaat om de productie en vastlegging van CO2.

Ook zeggen de organisaties dat bedrijven druk bezig zijn met energiebesparing of met groene energie opwekken. In het manifest vragen ze ook om de positieve maatregelen op de melkveehouderijen mee te laten tellen als het gaat om CO2-uitstoot, zodat de sector sneller klimaatneutraal kan worden.

De tien punten op een rij:

• Geen verdere inkrimping van de veestapel in Nederland, gezien de lopende opkoopregelingen en fosfaatrechtenafromingen tot 2035.
• Voortdurende inzet op emissiereductie voor een verbeterde leefomgeving.
• Verbetering van het verdienvermogen van melkveehouders, waarbij de overheid leiding moet nemen om ervoor te zorgen dat de transitiekosten eerlijk worden verdeeld.
• Afwijzing van een generieke GVE-norm en erkenning van de diversiteit in de sector.
• Streef naar een klimaatneutrale melkveehouderij in 2050 en erken de bijdrage van melkveebedrijven aan CO2-vastlegging en energiebesparing.
• Ambitie om over te stappen naar een kunstmestvrije melkveehouderij en herziening van het mestbeleid ten gunste van organische meststoffen.
• Behoud en uitbreiding van grasland voor biodiversiteit en verbetering van het bodemleven.
• De vraag naar duidelijk en consistent beleid.
• Focus op strategische doelen in plaats van middelen.
• Verstrek juridische zekerheid aan melkveehouders.