Dutch Dairymen Board stapt uit overleg Landbouwakkoord

Volgens DDB-voorzitter Sieta Keimpema dient er een Landbouwakkoord te komen dat recht doet aan de maatschappelijke wens. 'En dat is een leefbaar platteland met gezonde boerenbedrijven.' Al in de eerste fase van de overleggen constateerde DDB dat er weinig ruimte werd geboden voor dat speerpunt.

Adema voert al vanaf januari 2023 gesprekken met de zes sectortafels, de sectoren melkvee- en kalverhouderij zijn daar een onderdeel van. Het hekelt Keimpema dat er in het Landbouwakkoord weinig ruimte wordt geschept voor de landbouw. Ze verwacht dat veel landbouwgrond straks verloren gaat voor natuur en andere opgaven.

Starre gesprekken

Verder is DDB teleurgesteld, omdat er geen overheidsbudget zou zijn voor de uitvoering van het Landbouwakkoord. De gesprekken aan de sectortafel zouden erg star zijn, stelt Keimpema. 'Er moest bewogen worden tussen de door de overheid vastgestelde doelen en kaders waarvan een belangrijk deel geen wettelijke status heeft.'

Het steekt haar dat naar verwachting een groot deel van de grond die de sector nu nog gebruikt, straks verloren gaat voor natuur en andere opgaven. Ook zint het DDB niet dat er geen overheidsbudget zou zijn voor de uitvoering van een landbouwakkoord. Daarnaast besefte de melkveehoudersorganisatie afgelopen week dat er voor Convenant Dierwaardige Veehouderij geen enkele euro beschikbaar is.

Vertrouwen in BBB

Tenslotte heeft Keimpema veel vertrouwen in de BBB die bij de Provinciale Statenverkiezingen overtuigend won. 'De kloof tussen de Haagse kliek en de rest van Nederland is in zetels uitgedrukt.' De burgers van Nederland hebben zich uitdrukkelijk geschaard achter de boeren en de leefbaarheid op het platteland. 'We willen de provinciale bestuurders en Eerste Kamerleden van BBB niet voor de voeten lopen.'

DDB benadrukt dat ze met het verlaten van de sectortafel niet wegloopt voor haar verantwoordelijkheden. Ze wil haar handtekening niet zetten onder een Landbouwakkoord dat onder een verkeerd gesternte tot stand is gekomen. 'Dat verdienen onze leden, de Nederlandse boeren en de landbouwsector niet', besluit de DDB-voorzitter.