Strijd tegen mollen: 'Voedselkwaliteit voor koeien loopt terug'

Het bedrijf van Van der Grift ligt in een bosrijk gebied nabij de Kromme Rijn. Een fijne plek voor de mol. Het is niet te droog, want dan zijn er geen wormen. Maar het is ook niet te nat. Dan zouden de mollen kunnen verdrinken. 'Kijk, hier zie je een hele rit. Hier wordt dus volop naar voedsel gezocht. Het zijn er wel echt veel nu,' zegt de melkveehouder.

Van der Grift gaat drie keer per week het land op om vallen te zetten. Want als er iets is wat hij de afgelopen jaren heeft geleerd, is dat je er snel bij moet zijn als je mollen op je grond hebt. 'Je moet direct actie ondernemen, anders loop je achter de feiten aan.'

Met drie looprondes van telkens een uur is het al met al een behoorlijk tijdrovende klus voor de ondernemer. Maar vaak levert het hem wel wat op. Vooral de laatste tijd vangt de melkveeouder veel mollen. 'Sowieso wel een paar per ronde. Na het zetten van de klem moet je wel langer dan 24 uur wachten voor er wat in zit', weet hij uit ervaring.

Klemmen zetten

Hoewel er meerdere manieren zijn om mollen bestrijden of weg te jagen, kiest Van der Grift bewust voor het zetten van de ouderwetse mollenklem. Gif gebruiken of mollen op een diervriendelijke en ecologische manier verjagen met bijvoorbeeld carbid is voor de melkveehouder geen optie.

'Door het zetten van klemmen weet ik wat ik vang. Op deze manier zie ik precies hoeveel mollen ik heb gevangen en dan weet ik ook meteen hoe groot het probleem is. Dat vind ik een belangrijk gegeven. Je wilt schoon voer voor de koeien. Als je gaat maaien en je hebt alleen maar grondhopen zoals hier, dan loopt de kwaliteit van het voer hard terug. Een koe kan natuurlijk niets met grond.'