Friese boeren beproeven eiwitgewassen op veenweidegrond

Nieuws Melkvee Tienke Wouda 25 aug 2021 om 15:17uur

Wat is het economisch perspectief en willen de koeien het vreten? Dat vroegen melkveehouders zich dinsdagavond af in een proefperceel met sorghum, snijmais en een mengsel van snijmais en stokslabonen in stroken in het Friese Rotsterhaule.

Friese+boeren+beproeven+eiwitgewassen+op+veenweidegrond

Melkveehouder Kees Boon uit Delfstrahuizen is een van de vier boeren die meedoen aan een pilot met voedergewassen op de Friese veenweide. Hierbij werd op een perceel op de ene helft mais geteeld op de reguliere manier en op de andere helft mais ingezaaid na bewerking met de strokenfrees. Daarbij werd ook een mengsel stokslabonen meegezaaid.

'Voordelen van maisteelt met strokenfrees zijn: in een werkgang frezen en zaaien, betere draagkracht en boeren kunnen onder goede omstandigheden dezelfde voederwaarde behalen', stelt projectleider Dirk Johan Feenstra van LTO Noord.

Meer eiwit

Daar waar het groeiseizoen de afgelopen drie jaar droog was, hebben de planten nu te lijden onder de vele regen. Het is een waardeloze zomer, schetst teeltadviseur Michel Raaphorst van Nordic Maize Breeding. 'Het was te koud en te nat. Er is stikstofgebrek, er is te veel water gevallen. De plant heeft zich niet goed gehouden.' De sorghum zorgde afgelopen week wel voor een groeispurt, het groeide 30 centimeter. De specialist verwacht dat het boven de mais uit groeit.

• Lees ook: Friese sorghumproef krijgt vervolg

Een van de grootste pluspunten van de mengteelt is dat boeren mogelijk meer eiwit van het land kunnen halen. Raaphorst verwacht zo'n 2 procent extra. 'Bij een drogestofopbrengst van 16 ton is dat 320 kilo meer. Dat is de moeite.'

Of dat dit jaar ook realistisch is, daar durft melkveehouder Kees Boon nog geen uitspraken over te doen. Hij is tevreden hoe de gewassen er nu bij staan. 'Half juni stond er nog niets. Ik was bang dat het zou mislukken, maar het strekt zich enorm uit. Dat biedt perspectief.'

Voor Boon is de proef een zoektocht om iets anders te proberen, geeft hij aan. 'De mengteelt met stokslabonen vind ik interessant. De ene plant kan de andere helpen in ziektebestrijding, het groeiproces en onkruidbestrijding. We moeten toch toe naar minder chemische onkruidbestrijding. Dat kun je hiermee afvangen.'

Minder ritnaalden

Een ander gewas dan gras en mais op de zure veengrond telen is lastig, stelt de Friese boer. 'Het lijkt erop dat in sorghum minder ritnaalden voorkomen dan in mais. Dat biedt perspectief om meer energie te telen. Uiteindelijk doe je het om vreten voor de koeien te telen.'

En die koeien willen het echt wel hebben, stelt Raaphorst de boeren gerust. 'In Canada en Amerika zie je niet anders. Daar staan soja, mais en sorghum in de top drie van voedergewassen.' Ook in buurland Duitsland groeit de belangstelling om meer eiwit van eigen land te krijgen, weet de teeltadviseur. 'Daar is vorig jaar 40.000 hectare mengteelt snijmais en stokslabonen geteeld.'

• Lees ook: Met stokslabonen meer eiwit in snijmais

Ook is hij positief over het economisch perspectief. 'Zeker nu door onder andere de coronacrisis soja veel duurder wordt, is meer eiwit halen van eigen land een rendabele oplossing.' Mogelijkheden voor de teelt op de Friese veenweidegrond zijn er, maar er valt nog een hoop uit te zoeken, concludeert Raaphorst.

Niet ieder boontje geschikt

Zo is niet ieder boontje geschikt om te telen. Sommige soorten zijn heel giftig. 'Deze stokslaboon heeft een laag lectinegehalte. Dat kun je gewoon in de bult schuiven', geeft de adviseur aan. Onkruid vormt ook een groot risico, want de druk daarvan is hoog op de veenweidegrond. Er zijn nauwelijks middelen die toegepast kunnen worden in de mengteelt. 'We zijn er nog lang niet, maar dit is een begin.'