Zussen gaan voor grotere schapentak

Wat doe je als je dolgraag het agrarisch bedrijf wilt overnemen, maar geen interesse hebt in het houden van koeien? Voor dit dilemma stonden de zussen Sietske (31) en Jantsje (30) Elgersma uit het Friese Oudebildtzijl. Samen met hun ouders en oudste broer Gerrit (34) begonnen ze aan een zoektocht naar een tak naast het melken van koeien.

'Alle drie hebben wij interesse in overname, alleen onze jongste broer niet. Om allemaal een inkomen te halen uit het bedrijf, moeten we fors uitbreiden met ons melkveehouderijbedrijf van negentig koeien', verklaart Sietske Elgersma.

Broer meer koeienman

Waar hun broer meer een koeienman is, hebben de zussen weinig met de melkveehouderij. Jantsje Elgersma: 'Ik help weleens bij het voeren van kalveren. Maar wij hebben meer met geiten en schapen.'

Even zag het tweetal toekomstmuziek in het melken van geiten. Toen de installateur van de melkrobot waarschuwde dat de ene geitenstal na de andere werd geplaatst en vroeg waarom ze niet met melkschapen begonnen, veranderde dat plan.

'Er zou kans zijn op een overschot aan geitenmelk. Daarnaast waren er geruchten over een geitenstop. Bovendien zijn geiten in aanschaf veel duurder dan schapen', zegt Sietske Elgersma.

Uiers opkloppen

Toch was er nog enige twijfel over de fysieke belasting van het schapen melken. Jantsje Elgersma: 'We stonden voor de keuze om schapen te houden, toen schapenhouder Jan op Texel aan het programma Boer zoekt Vrouw meedeed. Wij zagen hem de uiers van het schaap opkloppen. We waren bang dat we na een half jaar behoorlijk last van onze schouders zouden krijgen. Maar toen we dat navroegen bij de installateur, zei hij dat er ook een systeem is dat het melken van de schapen fysiek minder zwaar maakt. Toen waren we helemaal om.'

De schapen geven gemiddeld 2 liter melk per dag. Dat komt neer op 450 tot 500 liter per jaar. Het vet- en eiwitpercentage liggen op 6 en 5 procent. Een kwart ervan zetten de zussen regionaal af. De andere 75 procent gaat sinds kort naar Rouveen Kaasspecialiteiten die de melk laat verkazen.

Slapeloze nachten

Ruim vier jaar zochten de vrouwen naar een serieus afzetkanaal. 'Schapenmelk afzetten is ontzettend lastig. We hebben er slapeloze nachten van gehad. De markt is klein. Schapenkaas is hier in Nederland nog heel onbekend.'

Dat merken de zussen op streekmarkten. 'We moeten consumenten echt overtuigen. Ze hebben vaak al hun mening klaar. Ze verwachten dezelfde smaak als geitenkaas. Maar schapenkaas is veel minder scherp. We zijn daarom blij dat we een afzetkanaal hebben gevonden. Met vier andere Friese schapenhouders leveren we de melk aan de fabriek, zodat er een constante levering is', zegt Sietske Elgersma.

Streep door streekmarkten

Nu de boerinnen meer zekerheid hebben over afname, hebben ze het aantal schapen verdubbeld naar tweehonderd. Ook gaan ze de schapen weer melken, nadat deze sinds april droogstonden. 'Onze regionale afzet is door de coronacrisis stilgevallen. De agenda stond vol met streekmarkten, maar daar ging een streep doorheen', zegt Jantsje Elgersma.

Met de levering aan Rouveen Kaasspecialiteiten maken de zussen meerdere toekomstplannen. 'Wij willen groeien naar vierhonderd schapen. Dan kunnen we er twee inkomens uithalen. Bovendien zien we kansen voor een boerderijwinkel.'

Melktap en koelkast met schapenkaas

Sinds twee jaar staat er op het erf van hun bedrijf D'Ouwesylster een melktap met koeienmelk en een koelkast met schapenkaas. Met een uitgebreider assortiment, zoals rundvlees van hun koeien en schapenyoghurt, verwachten de schapenhouders een beter verdienmodel te creëren.

'We zien een positieve toekomst tegemoet voor de melkschapenhouderij. We kijken hierbij ook naar de geitensector. Die sector heeft zich in de loop van de jaren ook verder ontwikkeld. Het heeft tijd nodig. De schapentak wordt over enkele jaren de hoofdtak op dit bedrijf. Daar gaan we voor', glundert Sietske Elgersma.