Weinig keuze is visie bij groenbemesters

Vandinter Semo in Scheemda richt zich vooral op het veredelen van enkelvoudige groenbemesters. 'Veredelen van groenbemesters heeft zin. Kijk naar ons nieuwste ras bladrammenas Cordoba met late bloei en dubbele resistentie, bietencysteaaltje en chitwoodi', zegt directeur Bert-Jan Van Dinter.

Marije Scholte van Vandinter Semo legt uit dat aaltjes veel schade kunnen aanrichten in veel gewassen. Omdat het aantal chemische middelen afneemt, is het steeds belangrijker om ze op een andere wijze te kunnen bestrijden. 'Met een goede verdeling van groenbemesters is dat mogelijk, maar dat duurt wel minstens twaalf jaar.'

Triple-resistent

Bladrammenas Cordoba staat in Lelystad als een primeur op het veld. 'Cordoba is op het hoogste niveau resistent tegen bietencysteaaltje en chitwoodi', zegt Scholte. 'Vandinter Semo is ook bezig om het noordelijk wortelknobbelaaltje aan te pakken. Het lukt ons om bladrammenas triple-resistent te maken.'

De tweede primeur is de Kuhn Varimaster L-Onland 5E-NSH, een ecoploeg die 15 à 17 centimeter diep kan ploegen, maar ook 25 à 26 centimeter. Onland staat voor bovenover ploegen. Christiaan Borkus van importeur Reesink omschrijft de ploeg als stabiel, sterk en met een opgeruimd frame. Een zesschaarploeg is geschikt voor trekkers tot 300 pk.

Rubbertracks

Tijdens de demonstratie is een Steyr CVT 624 gebruikt met rubbertracks van Zuidberg, die 76 centimeter breed zijn. Een belangrijk voordeel is dat de bodem op deze wijze niet ernstig wordt verdicht. 'Een rubbertrack verdicht de bodem tot 44 procent minder dan een speciale lage drukband', zegt Kasper de Jonge van Zuidberg.

De Jonge wijst erop dat in Flevoland 80 procent van de grond in meer of mindere mate verdicht is. Dat heeft gevolgen bij droogte en vernatting. 'Telers doen te weinig om bodemverdichting te voorkomen. Aan bodemverdichting onder de 25 centimeter kun je weinig doen. Bodemverdichting geeft geen optimale opbrengsten. We moeten waarde toekennen aan de grond en er niet op afschrijven.'

Laag draaipunt

De tracks van Zuidberg zitten aan een aanbouwframe en zijn snel uitwisselbaar met banden. De Jonge: 'De tracks hebben een laag draaipunt en een grote stabiliteit. We hebben ook aan het rijcomfort gewerkt. De keerwielen zitten iets boven de loopwielen. Dit zorgt voor comfort op de weg en in het land vlakken de tracks af.'

Door de geringe werkdiepte hebben veel ecoploegen voldoende aan een lichte trekker. Dat maakt de ecoploeg van Escudero duidelijk, de derde primeur op de demomiddag. Tijdens de demonstratie staat er een Case IH 145 CVX met een vermogen van 145 pk voor de ploeg. De achtschaar werkt tot anderhalfschaar naast de trekkerwielen.

Stabiele constructie

De Escudero ploegt 17 centimeter diep, maar kan ook tot 25 centimeter diep werken. De ploeg is afkomstig uit Spanje, heeft korte risters en geen voorscharen. Gijs de Jong van Weevers Mechanisatie is erg te spreken over de stabiele constructie van de ploeg. 'De ploeg heeft een scharnierpunt aan de kop en daarmee ontstaat een eigen treklijn achter de trekker. De ploeg volgt de gps-lijn daardoor goed.'

Beide trekkers rijden tijdens de demonstratie bovenover. Beide ecoploegen werken ondiep en laten mooi ploegwerk zien. 'Met een ecoploeg blijft het organisch materiaal relatief boven in de grond en dat is goed voor de vertering. Door de kerende grondbewerking is er minder last van onkruid, een voordeel ten opzichte van niet-kerende grondbewerking', zegt Jochem Noordermeer van Delphy.

Voorjaar

Een ander voordeel is volgens Noordermeer de mogelijkheid om het ploegen naar het voorjaar te verplaatsen. 'In de winter kun je de grond dan langer groen houden met een groenbemester. In het voorjaar kun je mest uitrijden en met ondiep ploegen blijft de warme grond boven.'