Judith Verhoijsen wint Summerschool Family Business

Verhoijsen is de jongste uit een boerengezin met vier dochters, met Ilse, Esther en Astrid als haar zussen. Vader John genoot bekendheid als lid van Provinciale Staten van Limburg, waarin hij zich onder meer sterk maakte voor de agrarische sector. Na acht jaar Statenlidmaatschap keerde hij terug naar de vleeskuikenlocatie in Beringe die hij samen met zijn vrouw Truus in 1983 kocht en in 1986 uitbreidde met zeugen en in 1995 met vleesvarkens in Meijel. Zijn bedrijf telt nu 1.300 zeugen, 10.000 vleesvarkens en 62.000 vleeskuikens.

De begeleiding van jonge ondernemers mag en kan beter, ook door banken

Judith Verhoijsen, varkens- en pluimveehouder in Beringe

Het is de ambitie van Judith Verhoijsen om het bedrijf na de zomer van haar ouders over te nemen. Zus llse, ook actief bij het Limburgs Agrarisch Jongeren Kontakt, werkt nu nog mee in het bedrijf, maar wil net als de andere twee zussen een andere richting in. Dus gaat Judith Verhoijsen het bedrijf na de overname alleen voortzetten.

Haar deelname aan de Young Lady Business Academy, een vijfdaagse masterclass met 55 andere jonge vrouwelijke ondernemers uit het hele land, stond dan ook in het teken van de toekomst van de agrarische sector in relatie tot familiebedrijven. Haar businessplan en de pitch die ze hield, vielen zo in de smaak, dat ze uit handen van Elske Doets, Nederlands zakenvrouw van het jaar in 2017 en oprichter van de Young Lady Business Academy, de prijs in ontvangst mocht nemen.

Jullie lidmaatschap van het VarkensGilde Peel & Maas zegt al iets over je eigen ambities. Kun je daar iets meer over vertellen?

'Ik wil graag mijn omgeving laten zien waar de varkenssector mee bezig is. Wij vinden: om varkens te houden, moet je van ze houden. Daarnaast wil ik graag jongeren inspireren om hun droom waar te maken en zich daarbij door niets te laten tegenhouden. Ik wil mijn ervaring inzetten om duidelijk te maken waarom varkens en pluimvee zo belangrijk zijn voor de wereldbevolking. Mijn passie en aandacht voor dieren zijn daarbij mijn belangrijkste drijfveren.

'Ik krijg vaak de vraag of ik het niet zielig vind om dieren die ik zo goed verzorg, uiteindelijk dood te moeten maken. Tijdens de pitch heb ik dan ook vooral duidelijk gemaakt dat als ik zelf de leiding krijg over ons bedrijf, ik er voor 100 procent zeker van ben dat de dieren goed worden verzorgd en de aandacht krijgen die ze verdienen. Net als mensen hebben dieren goede verzorging nodig. Ook zij hebben recht op een gelukkig leven, voordat ze naar de slachterij gaan.'

Ga je dingen anders doen?

'Ik vind dat je persoonlijke aandacht moet schenken aan dieren, net als aan je medewerkers. Iedereen werkt natuurlijk op zijn eigen manier. Ook mijn ouders zijn al die jaren goed bezig geweest, maar een nieuwe, frisse blik op zaken is niet verkeerd.

'Daarnaast kijk ik veel om me heen. Ik heb een tijdje in buitenland gewoond en ook daar doe je ideeën op. Tijdens mijn studie heb ik bovendien ervaren dat mensen geen idee hebben hoe het eraan toegaat in een varkens- en pluimveehouderij. Daarom ben ik er voorstander van om hen gewoon in de stallen te laten kijken. Ze doen dat ook graag. Ik kan wel zeggen dat we onze varkens goed verzorgen, maar pas als mensen het zelf zien, krijgen ze daar een beeld bij. Dat is een heel ander beeld dan vaak op tv is te zien.'

Hoe ga je als ondernemer straks om met de veranderende maatschappelijke kijk op de intensieve veehouderij?

'Ik ga me nog meer richten op dierenwelzijn, vooral om daarover een beter beeld naar buiten te kunnen brengen. Het dierenwelzijn is bij ons al hoog en het is hartstikke leuk om met dieren te werken. Maar er mag nog wat meer aandacht zijn voor zieke dieren.

'Mijn visie dat een goede verzorging absoluut nodig is, wil ik nog beter verspreiden, ook onder andere bedrijven. Als je meer aandacht aan je dieren besteedt, krijg je betere resultaten. Zoals veel aandacht in de kraamstal voor de zeugen. Die is er al, maar het kan altijd beter.

'Ik heb daar met verschillende mensen over gesproken, hoe zij dat zien, en wil een goed verhaal naar buiten brengen. Uit hun reacties wordt wel duidelijk dat ze echt niet weten wat we doen. Als ik het uitleg, krijg ik veel positieve respons. Het beeld moet dus echt veranderen.'

Hoe ga je dat doen?

'Je moet het er vooral met elkaar over hebben. In de sector moeten we elkaar helpen om het nog beter te doen. Samen zaken aanpakken, dan kom je verder dan als je dat alleen doet. Tijdens de recente hittegolf bijvoorbeeld, hebben akkerbouwers varkensstallen natgespoten om ze te helpen koelen. Dat is geweldig. Niet alleen collega-varkenshouders, maar ook andere agrariërs helpen elkaar dus. Dan sta je er als team samen voor en kom je overtuigender over, als je je moet verdedigen als sector tegenover een verkeerde beeldvorming.'

Wat moet er volgens jou anders?

'Familiebedrijven anders runnen hoeft niet. Wel denk ik dat jonge agrariërs beter geholpen moeten worden, want bedrijven worden steeds groter en je krijgt meer verantwoordelijkheid voor je dieren. De begeleiding van jonge ondernemers mag en kan daarom beter, ook door banken. Als het fout gaat, ben je zo weer negatief in het nieuws. Als je als jonge ondernemer dan zelf aanspreekpunt bent, is het best lastig om je goed te verdedigen.

'Daarom is het belangrijk dat je kunt leren van ervaren agrariërs. Bijvoorbeeld door het delen van ervaringen in netwerken. Zelf heb ik een nieuw netwerk aan de Young Lady Business Academy overgehouden en wil daar ook zeker iets mee gaan doen.'