Belgische fabrikant Joskin profiteert van goede prijzen

De Belgische fabrikant Joskin opende afgelopen week voor de twintigste keer de fabriek in Soumagne voor publiek. 'Onze open dagen zijn een traditie waar jaarlijks 12.000 tot 15.000 mensen op af komen', weet verkoopleider Francis Wierts.

De crisis in de landbouw lijkt aan de fabrikant voorbij te gaan. Met 870 medewerkers wordt 140 miljoen euro ofwel 80 procent van de omzet gehaald. Daarbovenop komt 15 procent omzet van zusterbedrijf Distritech, dat merken als Monosem, Strautmann, Rauch, Quicke, Hardi en Bednar importeert en tevens Fendt- en MF-trekkers en gebruikte machines verhandelt.

Het tweede zusterbedrijf LeBoulch, producent van kippers en mestverspreiders, draagt zo'n 5 procent bij aan de omzet. Joskin kocht deze Franse fabrikant in 2013 vanuit een faillissement en wil het merk de komende jaren voor het eerst ook buiten Frankrijk laten groeien. Wiertz: 'Het merk blijft los staan van Joskin. Het is eenvoudiger techniek en dus ook goedkoper. Daar is altijd een markt voor.'

Joskin produceert met vijf fabrieken in België, Frankrijk en Polen jaarlijks zo'n 4.000 tot 4.500 mesttanks, mestverspreiders, kippers en ander materieel. Van een mineur, lege orderportefeuille of naar huis sturen van personeel is in tegenstelling tot enkele andere fabrikanten allerminst sprake.

Topjaar

'Eigenlijk is 2024 een topjaar geweest', vertelt Wiertz. 'Zeker in België waar de akkerbouwers door het moeilijke weer en de lastige oogst ook hoge prijzen konden rekenen voor hun producten. Daardoor hebben wij nu twee keer zoveel kippers mogen verkopen in België. Voor mestapparatuur is in België ook de nodige subsidie beschikbaar, dus tanks en mestverspreiders liepen ook goed door.'

Thuisland België brengt voor de Joskin Groep slechts 15 procent van de totale omzet. Wiertz is ook positief over de exportlanden. 'Kaweco was in Nederland wel onze grootste concurrent, maar ook de melkprijs is daar stevig. Ik merk dus dat de mesttanks in Nederland ondanks onzekerheden op het moment net zo goed verkocht worden.'

Prijsverlaging

In tegenstelling tot enkele andere fabrikanten is er bij Joskin wel een einde gekomen aan de prijsstijgingen. 'In de loop der jaren zijn de prijzen van toeleveranciers, arbeid en energie, en dus ook van onze machines telkens verhoogd, zeker in 2022 en 2023. Maar in de dertig jaar dat ik hier nu werk zijn de prijzen in 2024 voor het eerst verlaagd.'

De exportlanden waar Joskin op het moment het meeste groeit, zijn Spanje en landen in Zuid-Amerika zoals Chili. Hongarije en natuurlijk Rusland en Oekraïne daalden het hardst.

Om de 110 modellen bij verkoop snel te kunnen leveren, houdt Joskin veel voorraad en eigen opslag aan. Die machines worden bij verkoop voorzien van klantspecifieke opties. Het onderscheidt de fabrikant van anderen die pas gaan bouwen na verkoop.

Daarvoor is een gesmeerde organisatie en interne logistiek een must. Zo is er een eigen wagenpark met 26 vrachtauto's die met halffabricaten rijden en machines afleveren en een galvanisatiefabriek (Joskin Galva) in Polen. Ook bouwt Joskin alle hydraulische cilinders zelf. Dat zijn er 20.000 per jaar.

In een geautomatiseerde 7 meter hoog en 70 meter lang magazijn met ruim 250.000 onderdelen zijn er maandelijks 5.000 reachtruckbewegingen. Het naastgelegen magazijn met kleine onderdelen levert maandelijks via tien roterende Kardex liftkasten 13.000 onderdelen uit. Even verderop in de hallen bergt een derde automatisch Trafo-magazijn van 13 meter hoog 900 onderdelen die tot 3 ton mogen wegen.

Verbreden

Ondanks dat Joskin nog weinig last heeft van de landbouwmineur in West-Europa, zal ook deze fabrikant zich verder verbreden naar andere sectoren als de bouw en infra.

'Tien jaar geleden haalden wij 70 tot 80 procent van de omzet uit machines voor mest. Dat is inmiddels wel verschoven naar 50 tot 60 procent. Daarom bouwen we nu ook een nieuwe fabriek in Luxemburg. Die is vooral bedoeld om grondkippers voor de bouw te maken.'