Suikeropbrengst keldert naar 12,2 ton per hectare

Dat meldde Kees Langebeeke, manager Agro Logistiek bij Cosun Beet Company, maandag 16 december op de teeltvergadering voor bietentelers uit Oostelijk Flevoland. Het verwachte suikergehalte staat nu op 16,2 procent. Ook de prognose voor de wortelopbrengst is verlaagd, met 1 ton naar 75,5 ton per hectare.

Volgens Langebeeke zijn de belangrijkste redenen voor de bijstellingen het achterblijven van de nagroei van suikerbieten en aantastingen door bladschimmels, vooral van cercospora. 'Maar de oogstomstandigheden zijn dit najaar wel een stuk beter dan vorige herfst', voegt de manager meteen toe.

Op peildatum 16 december zat er landelijk nog ongeveer 6.200 hectare suikerbieten in de grond, zo'n 7 procent van het totale areaal van 87.600 hectare. 'Vooral telers op het zand moeten nog rooien, de meeste bieten op kleigrond zijn er wel uit.'

Akkerbouwer en lid van het kringbestuur Oostelijk Flevoland Bormé Bosma verwacht dat sommige bietentelers niet aan de leveringsplicht kunnen voldoen. Hij wijst deze ondernemers erop daarvoor op tijd een ontheffing aan te vragen.

Volgens Langebeeke verloopt de verwerking van de suikerbieten soepel bij de fabrieken in het Groningse Vierverlaten en in het Noord-Brabantse Dinteloord. De verwerkingscapaciteit ligt momenteel op ongeveer 56.000 tot 59.000 ton bieten per dag.

Einddatum aangepast

Wel heeft Cosun de verwachte einddatum voor de campagne aangepast. Deze staat voor Vierverlaten op 19 januari 2025. Door de matige opbrengsten in het zuiden van het land is de fabriek in Dinteloord naar verwachting zes dagen eerder klaar. 'Door deze bijstellingen komt de campagneduur op 124 dagen uit. Dat is eerder dan oorspronkelijk de bedoeling was', bevestigt de agrologistiekmanager.

Teamleider Agro Kees Geschiere van Cosun nam de aanwezige telers mee in het groeiseizoen. Volgens hem zorgde cercospora in oktober voor behoorlijk wat aantasting in het gewas. 'Voor specifiek Oostelijk Flevoland is het schadepercentage circa 6 procent, terwijl dat normaal 3 tot 4 procent is.'

Uit navraag in de zaal blijkt dat er slechts één van de circa honderd aanwezige bietentelers tevreden is over de bladschimmelbeheersing op zijn of haar bedrijf.

Adviezen bladschimmelbeheersing

Geschiere neemt de akkerbouwers ook mee in een doorkijk naar de bladschimmelbeheersing voor komend jaar. Als eerste wijst de teamleider op het beperken van de risico's. 'Hanteer een bouwplan van minstens 1 op 4, teel geen bieten naast bieten en ruim de resten van de bietenoogst goed op.'

Verder adviseert hij telers het spuitmoment te bepalen op basis van de infectiekans met gebruik van een sensor en de interval van gewasbeschermingsmiddelen ook af te stemmen op de gewasgroei. 'Probeer wat betreft de middelenkeuze zoveel mogelijk af te wisselen in actieve stoffen en zorg bij de toediening voor een goede bladbedekking. Daarbij kan een uitvloeier in veel gevallen van toevoegde waarde zijn', licht Geschiere toe.

Boer je in een grondwaterbeschermingsgebied en/of is de cercosporadruk vaak hoog, kies dan voor een bietenras dat een 9 scoort op bladgezondheid. Vooral op zandgronden en in regio's met veel bieten is de druk doorgaans hoog, zegt Geschiere.

Weinig problemen met vergelingsziekte

Over ziekten en plagen meldt de teamleider agro verder dat er dit jaar weinig problemen waren met vergelingsziekte. Maar telers moeten volgens hem wat dat betreft niet achterover gaan leunen. Het middelenpakket is beperkt en het insecticide Teppeki is tot 1 juni slechts één keer inzetbaar.

Een alternatieve bestrijding is de tussenzaai van gerst. Dit reduceert het aantal bladluizen en dus de kans op vergelingsziekte. Wel kan het leiden tot concurrentie met de suikerbiet en vraagt het om een aantal extra bewerkingen van de akkerbouwer.