Controle op probleemonkruid knolcyperus begint zaterdag

Knolcyperus is een hardnekkig onkruid dat in de akker- en tuinbouw flinke schade kan aanrichten. Om vermeerdering en verspreiding van dit probleemonkruid te voorkomen, zijn voor telers verbodsbepalingen, maatregelen en overige verplichtingen opgenomen in de Regeling plantgezondheid. De bedoeling daarvan is om problemen bij de export van voortkwekingsmateriaal te voorkomen.

De drie organisaties controleren in opdracht van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op het voorkomen van knolcyperus in gewassen die zij keuren. De NAK is bevoegd teeltverboden op te leggen en te controleren op het voldoen hieraan. Wanneer een teler een opgelegd teeltverbod overtreedt, kan de keuringsdienst een dwangsom van 500 euro per dag eisen.

Teeltverbod sinds 2006

Het teeltverbod geldt sinds 2006 voor alle akkerbouwgewassen. Dit verbod wordt alleen opgeheven na drie opeenvolgende knolcyperusvrije jaren of direct nadat de besmetting is afgegraven of fytosanitair verantwoord is afgevoerd.

Verder wijst de NAK akkerbouwers op het verplicht bestrijden van phytophthora in het gewas, zodat er geen phytophthora-haarden ontstaan. 'Wees er op tijd bij.' Volgens de keuringsdienst is de infectiedruk van de schimmelziekte dit jaar hoog en zijn de omstandigheden voor de ontwikkeling van phytophthora gunstig. Vooral op percelen met veel aardappelopslag is de kans op het ontstaan van phytophthora-haarden groot.

De NAK voert in opdracht van de NVWA controles uit op deze haarden. Als de keuringsdienst er een aantreft, krijgt de betreffende teler eerst een waarschuwing. Blijkt na hercontrole dat er geen verwijdering heeft plaatsgevonden, dan stelt de NAK een rapport van bevindingen op. Vervolgens wordt deze overgedragen aan de NVWA. De autoriteit kan dan een last onder dwangsom van 500 euro per dag opleggen om naleving van de regelgeving af te dwingen.