Waterschappen kruipen verder het land op

De kwaliteit van agrarische bodems is bepalend voor de kwaliteit van het water. Daarom willen waterschappen het liefst boeren betrekken bij hun plannen rond waterkwaliteit. Maar sturen op bodemkwaliteit is complex en het is maatwerk.

Waterschappen+kruipen+verder+het+land+op
© Jorg Tönjes

'Bij het inzoomen op waterkwaliteit wil ik de relatie met bodemverdichting aanstippen', zei Everhard van Essen van Aequator Groen + Ruimte bij een bijeenkomst over gezonde bodem op proefbedrijf Kollumerwaard. 'Verdichte bodems vertonen meer afspoeling naar de sloten. Om die reden kruipt het waterschap steeds verder het land op. Vroeger begon het bij de insteek van de sloot.'

Bij de zorg voor de waterkwaliteit zijn er veel aspecten die samenhangen met de bodem, zegt Van Essen. Hij noemt behalve verdichting ook verzilting, bodemdaling, nitraatuitspoeling en droogte. Een grond met een betere waterhuishouding heeft voordelen voor de boer, maar ook voor de maatschappij. Daarom probeerden vijf akkerbouwers en veehouders in het noorden van Groningen of zij samen hun bodemkwaliteit konden verbeteren. Ook wilden zij weten wat de gevolgen zijn voor de waterkwaliteit.


Draagvlak

Jan Kiers van Delphy stelt dat draagvlak onder boeren belangrijk is voor samenwerking die de waterkwaliteit verbetert. Vrijwillig pasten de deelnemers aan het project 'Pilot Kringloop Noordelijke Kleischil' een aantal teeltmaatregelen toe. Kiers noemt verlengde beweiding, vaste mest, teelt van miscanthus en veldboon en inzaai van akkerranden. Eurofins verzamelde data op de bedrijven en analyseert die.

Je zou percelen kunnen indelen op basis van stikstofleverend vermogen en op basis daarvan op bemesting kunnen besparen

Karst Brolsma, Eurofins

Arjan Reijneveld van Eurofins zoekt samen met de boeren naar optimalisatie van het bodembeheer. Hij kijkt of het bodemmanagement invloed heeft op de waterkwaliteit en of er andere duurzaamheidsdoelen worden behaald. Belangrijk voor de deelnemers is dat het haalbaar moet zijn en niet ten koste gaat van het verdienmodel.

Beleidsmedewerker Arjen Grent van het ministerie van LNV gebruikt de bijeenkomst om ervaringen uit het veld te horen. 'Brussel heeft steeds meer geld voor wie meedoet aan de richting die men voorstaat', zegt hij.


Eigen plannen

Waar voor water normen zijn bedacht, is voor bodem geen kader gemaakt. Grent: 'Het komt erop neer dat wij zelf maatregelen verzinnen om in 2050 tot gezonde bodems te komen. Met achttien bodemindicatoren voor landbouwgronden doen we sinds 2019 op 1.200 percelen metingen aan fysische, chemische en biologische parameters.'

Levert dat dwingende normen op, zoals bij de Kaderrichtlijn Water? 'Nee', zegt Grent. 'Wij zetten in op geen normen voor de bodem.' LNV neemt de visie over van bodemkenners: omdat bodems sterk verschillen in eigenschappen en gebruik, is meer te bereiken met regie in de regio.


Richtlijnen

Nederland wil zelf met richtlijnen komen voor duurzaam bodembeheer. Europa wilde volgens Grent bodemwetgeving voor stedelijke en industriële omgeving. Nederland wil ook graag wat uit die pot krijgen, maar richt zich daarbij op het agrarisch gebied. 'Wij lopen tegen de grenzen van bodem en water aan in ons land en hebben gebrek aan geïntegreerd bodembeleid.'

Karst Brolsma van Eurofins onderstreept het belang van inhoudelijke kwaliteit van het voedsel dat boeren produceren. Door waardevolle mineralen niet te laten lekken naar het water, komen ze als voedingskwaliteit terug in de landbouwproducten: 'Als de kringloop klopt, is er uiteindelijk geen bemestingsnorm nodig.'


Bij een slechte bodemstructuur spoelen meer meststoffen naar het oppervlaktewater.
Bij een slechte bodemstructuur spoelen meer meststoffen naar het oppervlaktewater. © Jorg Tönjes

Helemaal ideaal en lekvrij is die kringloop moeilijk te krijgen. Wel is duidelijk dat een goede bodemkwaliteit cruciaal is bij de kringloop.

Brolsma vindt het een punt van aandacht om te letten op voldoende aanvoer van organische mest en bodemverbeteraars. Lagere bemestingsnormen en verdere beperkingen in de toekomst kosten ruimte voor de hoofdelementen, maar ook voor alle sporenelementen die de boer kan aanvoeren. 'Je zou percelen kunnen indelen op basis van stikstofleverend vermogen en op basis daarvan op bemesting kunnen besparen, terwijl je wel volgt of de productie overeind blijft.'


Kringloopgedachte

Voor de kringloopgedachte spelen diverse kwaliteiten van de bodem een rol, zegt Brolsma. Interacties tussen voedingselementen en zuurgraad horen daarbij. Hij denkt ook dat veredeling een bijdrage kan leveren in optimale opname van stikstof en fosfaat, waardoor voldoende aanwezige bronnen worden gebruikt in plaats van dat afhankelijkheid ontstaat van hoge bemesting.

Reijneveld besprak met de boeren de eerste resultaten. Ze keken naar zaken als koolstofopslag in de bodem. In Nederland is dat vrij stabiel over de jaren. Voor de waterhuishouding, nutriëntenbinding, bewerkbaarheid en bodemleven draagt koolstof bij. Daarom is hier in het project aandacht voor.


PLFA-bepaling

Sophie Deelen van Eurofins noemt het belang van een levende bodem. Dat levende deel kan de kringloop verbeteren. Daarom gebruikt Eurofins in het project de PLFA-bepaling bij monsters. 'Die geeft een goed beeld. Je meet aan vetzuren die bij het doodgaan van organismen snel uiteenvallen.'

Ook een bepaling van de verhouding tussen schimmels en bacteriën geeft informatie over de kringloop. In minder verstoorde grond zijn schimmels talrijker en die helpen bij de mineralenopname door planten. Goed bodemadvies leidt daarom tot betere teeltefficiëntie en minder uitspoeling.

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Maandag
    12° / 11°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    15 %
  • Woensdag
    9° / 5°
    95 %
Meer weer