Recordaantal nieuwe Blaarkop KI-stieren toegelaten in 2023

Van de toegelaten stieren hebben er drie een biologische komaf. Zes van de zeven stieren zijn 100 procent Blaarkop. De zevende heeft 75 procent blaarkopbloed en is voor 25 procent HF. De stier is genetisch hoornloos. 'En daarmee extra aantrekkelijk voor een bepaalde categorie veehouders', vertelt Faber. Verder zijn vijf stieren zwartbont en twee roodbont.

'Er is de laatste jaren veel belangstelling voor het gebruik van blaarkopstieren. Daarmee is ruimte ontstaan om meer stieren in te zetten', zegt de voorzitter van de Blaarkopstichting. Het aantal verkochte doses over september 2022/2023 is nog niet bekend, maar de verwachting is dat dit in lijn ligt met 2021/2022. De belangstelling vanuit de melkveehouderij voor het ras noemt Faber 'gunstig voor de ontwikkeling'.

12.000 inseminaties

De laatste twee boekjaren werden ongeveer 12.000 inseminaties uitgevoerd met blaarkopsperma. Bij 3.700 daarvan betrof eerste inseminaties. Bij de ruim 8.000 resterende gevallen ging het om herinseminaties bij overwegend HF-koeien. 'Veel melkveehouders met Holstein zijn zoekend en willen wat anders proberen dan bijvoorbeeld Fleckvieh of Montebeliarde', geeft Faber aan.

'Qua blaarkopaanbod is er in feite nu voor elke veehouder wel wat wils. Mooi is ook dat maar liefst vijf van de zeven stieren de eiwitfactor Bèta Caseïne A2A2 bezitten; ook daarvoor is extra belangstelling bij veehouders. Drie stieren hebben tevens de Kappa Caseïne-factor AB. Dit is gunstig voor de kaasproductie', meldt Faber.

Met KI-verenigingen is een afspraak gemaakt dat van elke toegelaten blaarkopstier 3.000 rietjes worden ingevroren. Op basis van het aantal inseminaties gaat het dan al gauw om vier stieren. De inteeltfrequentie van Blaarkop, noemt Faber goed. Uit de indexdraai blijkt dat de gemiddelde verwantschap van blaarkopstieren net boven de 10 procent ligt. 'We zitten aan de veilige kant.'