Europese Commissie treft nieuwe maatregelen tegen Japanse kever

De maatregelen die alle Europese lidstaten moeten nemen om te voorkomen dat de Japanse kever zich verder in de Europese Unie vestigt en verspreidt, zijn gepubliceerd in de uitvoeringsverordening. Volgens de European Plant Protection Organisation is de Japanse kever in Europa vooralsnog alleen in Italië en Zwitserland aanwezig.

De eisen zijn niet alleen gericht op voorkomen, maar ook op uitroeien na een vondst. Wordt de Japanse kever aangetroffen, dan geldt een besmette zone van 1 kilometer en daaromheen een bufferzone van 5 kilometer. In totaal gaat het dus om 6 kilometer. Als na verloop van tijd blijkt dat de besmetting niet meer kan worden uitgeroeid, kunnen een besmette zone van 3 kilometer en daaromheen een bufferzone van 15 kilometer worden ingesteld.

De impact van een vondst in Nederland kan groot zijn. Handelsbond Anthos adviseert ondernemers die bomen of planten inkopen in Italië of Zwitserland daarom bij toeleveranciers na te vragen of producten en het daarvoor gebruikte uitgangsmateriaal afkomstig zijn uit een gebied dat vrij is van Popillia japonica. Andere adviezen zijn om de zending bij ontvangst zorgvuldig te inspecteren en ervoor te zorgen dat partijen traceerbaar zijn binnen de eigen bedrijfsvoering.

Aanhangend groeimedium

Sinds april 2022 gelden er al extra eisen in de Europese Unie. Zo moeten alle bomen en planten met aanhangend groeimedium vrij zijn van de kever, zowel bij verhandeling binnen de Europese Unie als bij import uit Canada, China, India, Japan, Rusland, Zwitserland en de Verenigde Staten.

Handel in en uit een afgebakend gebied (de besmette zone en bufferzone) is alleen mogelijk als aan strikte voorwaarden wordt voldaan. Er geldt een verbod op het verplaatsen van de bovenste bodemlaag, gebruikte groeimedia en onbehandelde plantenresten, tenzij dit is gecontroleerd door de autoriteiten en vrij is bevonden van de Japanse kever.

Noodplannen en bijzondere voorschriften

Alle Europese lidstaten moeten nu noodplannen maken. Daarin moet onder meer het volgende zijn opgenomen: maatregelen die het land neemt om de Japanse kever na een vondst te kunnen uitroeien, bijzondere voorschriften voor het binnenhalen van waardplanten en procedures voor het identificeren van eigenaren van privéterreinen als de Japanse kever daar wordt aangetroffen.

Daarnaast moeten alle lidstaten jaarlijks risicogebaseerde onderzoeken uitvoeren in gebieden waar de Japanse kever zich zou kunnen vestigen.