Toepassing geïntegreerde teelt neemt toe in akkerbouw

Het bureau legde in opdracht van Brancheorganisatie Akkerbouw deelnemers aan het onderzoek 26 maatregelen voor die bijdragen aan een geïntegreerd teeltsysteem in de akkerbouw. Dit gebeurde vanuit het Actieplan Plantgezondheid.

Uit de enquêteuitslag blijkt dat maatregelen die van toepassing zijn op de bedrijfssituatie van de akkerbouwer in hoge mate worden opgevolgd. Met 96 procent van de akkerbouwers scoort het stellen van kwaliteitseisen aan pootgoed en zaaizaad om ziekten en plagen te voorkomen het hoogst.

Verder gaf 95 procent van de ondervraagde akkerbouwers aan bij gewasrotatie rekening te houden met het onderdrukken van ziekten en plagen. Daarbij kiest 94 procent voor rassen die resistent of tolerant zijn voor veel voorkomende ziekten en plagen.

Verlaagde dosering

Wanneer akkerbouwers constateren dat er toch bestrijding nodig is, stelt 93 procent een verlaagde dosering toe te passen waar mogelijk. Daarnaast zegt 92 procent van de geënquêteerden opslagplanten te verwijderen.

Dik driekwart van de ondervraagde akkerbouwers monitort of scout de ontwikkeling van ziekten en plagen in het gewas. 83 procent houdt rekening met schade- of actiedrempels, voordat een middel wordt toegepast. Ook gebruikt ruim 50 procent een beslissingsondersteunend systeem.

Ruim 90 procent van de akkerbouwers geeft aan selectieve middelen toe te passen om natuurlijke vijanden te ontzien. 45 procent bevordert natuurlijke vijanden of biologische bestrijders met akkerranden of bankerfields. Bankerfields zijn stroken tussen de spuitsporen met kruiden die natuurlijke vijanden aantrekken.

Mechanische onkruidbestrijding

Tot slot zegt twee derde van de ondervraagden na het zaaien of poten onkruid deels mechanisch te bestrijden. Meer dan 15 procent doet dat zelfs geheel mechanisch. Volgens projectleider Geert Pinxterhuis van Actieplan Plantgezondheid is de mate waarin elke maatregel bijdraagt aan minder chemiegebruik niet te kwantificeren.

'Daarvoor zijn te veel factoren van invloed op de ontwikkeling van ziekten en plagen. Bij elk gewas of perceel kan de situatie ieder jaar verschillen', licht Pinxterhuis toe. 'Vaak staan maatregelen 'op zichzelf'. Het is de uitdaging om ze meer in een systeemaanpak te zien en op te nemen.'

Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat de inzet van akkerbouwers leidt tot een daling van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Daarnaast neemt ook de milieubelasting van het gebruik af, wijzen cijfers van Wageningen University & Research uit. Volgens de AgriDirect-enquête houdt bijna driekwart van de akkerbouwers bij een keuze voor een chemisch middel rekening met de milieu-impact. Ruim 40 procent geeft aan middelen van biologische oorsprong toe te passen.