AWP Delfland: 'Meer controle op waterkwaliteit in kassengebied is noodzakelijk'

Controleurs van hoogheemraadschap Delfland hebben woensdag 22 maart een handhavingsdag in de glastuinbouw gehouden. Bij drie bedrijven werd een proces-verbaal uitgeschreven. 'Maar dat is een momentopname', aldus Middendorp. Uit cijfers blijkt dat de gemiddelde meetconcentraties van tien gewasbeschermingsmiddelen in regio Delfland in 2021 boven de veiligheidsnorm uitkwamen. 'Het duurt te lang voordat we het doel bereiken.'

Daarom wil AWP Delfland het hele jaar effectieve controle en risicogestuurd toezicht. Glastuinbouw Nederland is daar ook voorstander van. 'De sector wordt afgerekend op de kwaadwilligen. Die rotte appels moeten uit de mand', vertelt regiovoorzitter Jacco Vooijs. 'Wij zullen onze telers nadrukkelijker informeren over hoe overtredingen voorkomen kunnen worden. Van hoogheemraadschap Delfland verwachten wij dat overtredingen nog beter worden geconstateerd en dat handhaving strenger wordt toegepast.'

Uitdaging is wel dat voor effectief toezicht het aantal controleurs moet worden verdubbeld van tien naar twintig, stelt AWP Delfland. 'Nu wordt de beschikbare menskracht aan controleurs en handhavers zo efficiënt mogelijk ingezet. We focussen daarbij logischerwijs op de situaties waarin de kans op lozingen en lekkages het grootst zijn', geeft Middendorp aan.

Beste jongetje van de klas

Middendorp stelt dat het de partij niet gaat om boetes uitdelen. 'Daar wordt het slootwater niet schoner van. Het gaat ons erom dat het aantal incidenten en overtredingen met gewasbeschermingsmiddelen omlaag gaat. Elke tuinder moet elk jaar een onaangekondigde inspectie kunnen verwachten.' Dit is nu gemiddeld één keer in de vier jaar. 'Maar dat kan dus ook eens in de vijf of zes jaar zijn.'

Het streven is niet om het beste jongetje van de klas te worden. 'Wel moeten we ons realiseren dat hoogheemraadschap Delfland nu bij de vieste jongetje van de klas hoort', reageert de fractievoorzitter. 'Consumenten zijn gewasbeschermingsmiddelen in het milieu zat. We moeten daar wat mee. Anders wil straks niemand meer bloemen uit het Westland hebben.'