Kamer vraagt Adema landbouw uit Mercosur-verdrag te houden

Mercosur is een handelsverdrag tussen Europa en Brazilië, Argentinië, Uruguay en Paraguay. Het verdrag behelst verlaging of afschaffing van importheffingen op bijvoorbeeld auto's, machines en medicijnen uit Europa. De Zuid-Amerikaanse landen zouden profiteren van lagere heffingen op landbouwproducten, met name rundvlees, suiker en pluimvee, hoewel er quota zouden blijven gelden.

Volgens onderzoek zou dit plan slecht uitpakken voor met name de Nederlandse rundvleessector. Voor de varkenshouderij en zuivelsector kan het verdrag gunstig uitvallen. De PvdD diende donderdag een motie in om landbouw uit het verdrag te halen.

Meerderheid voor

De motie werd mede ondertekend door BBB, CU, PvdA, GroenLinks, SGP, SP, Denk, Bij1, Van Haga, Omtzigt, JA21, Gündogan, Volt, Den Haan en de PVV. Daarmee is nu duidelijk dat er een meerderheid voor is, al wordt op 7 maart officieel gestemd.

De partijen die tegen zijn, vrezen dat het verdrag leidt tot een 'forse toename van oneerlijke concurrentie voor Europese boeren'. Ook is volgens deze partijen de veiligheid van geïmporteerd vlees in het geding en leidt het tot extra ontbossing van de Amazone.

Jaren onderhandeld

De EU heeft na ongeveer twintig jaar onderhandelen in 2020 een principeakkoord bereikt, dat nu nog verder moet worden uitgewerkt. De Tweede Kamer verzet zich al langer tegen het verdrag. In datzelfde jaar werd een motie aangenomen om steun voor het verdrag in te trekken.

Het kabinet kon daar toen nog geen gehoor aangeven, omdat het verdrag nog niet klaar was. Dat is ook nu nog het geval, aldus landbouwminister Piet Adema. Wat volgens hem ook mee speelt, is dat dit onderwerp in de portefeuille zit van Liesje Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Adema ontraadde de motie waarover op 7 maart wordt gestemd.

Het is sowieso de vraag of Mercosur het haalt. Ook vanuit andere EU-lidstaten is verzet vanwege zorgen om milieu en boeren. Toenmalig minister voor Buitenlandse Handel Sigrid Kaag zei in 2020 dat het verdrag 'een zware dobber' zal worden in veel lidstaten.