Export pootgoed naar Verenigd Koninkrijk slechts beperkt mogelijk

Formeel is het vanaf de zomer van 2021 niet meer mogelijk om pootgoed te exporteren tussen het Verenigd Koninkrijk en de Europese Unie. Dat komt omdat de Europese Commissie en de Britse overheid hierover na brexit geen overeenstemming hebben bereikt.

Sinds kort echter is op beperkte schaal rechtstreekse import van Nederlandse pootgoed toch weer mogelijk. Dat betreft alleen handel 'zonder marketing', wat inhoudt dat individuele Britse consumptietelers hun import zelf moeten regelen zonder tussenhandel. Verder geldt als voorwaarde dat alleen rassen mogen worden ingevoerd die in het Verenigd Koninkrijk (VK) zelf niet beschikbaar zijn.

Onwenselijke situatie

Voor de Nederlandse pootgoedsector is dit een onwenselijke situatie, verklaart Klaas Johan Osinga, internationaal lobbyist namens LTO Nederland. 'Door de beperkingen is het lastig om grote volumes te verkopen naar het VK. Dat blijkt ook uit de exportcijfers van dit jaar tot dusver.'

Nederland exporteerde vorig jaar nog ruim 15.000 ton pootgoed naar het Verenigd Koninkrijk. Voor dit exportseizoen (oogst 2021) stond de teller op 31 december op 636 ton en zelfs aan die hoeveelheid wordt getwijfeld door de pootgoedsector.

De Nederlandse pootgoedsector, onder impuls van de Nederlandse Aardappelorganisatie (NAO), LTO, NVWA en keuringsdienst NAK, onderzoekt nu de mogelijkheid van een derogatie op basis van equivalentie. De inzet daarvan is dat gangbare pootgoedhandel tussen Nederland en het VK weer mogelijk moet zijn als beide landen daarover duidelijke onderlinge afspraken maken.

Derogatie technisch haalbaar

Volgens Osinga hebben de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en NAK inmiddels uitgezocht dat een dergelijke derogatie voor Engeland en Wales technisch haalbaar moet zijn. Het is echter afwachten of hiervoor ook voldoende politieke draagvlak te vinden is. De pootgoedsector vraagt de Nederlandse overheid om een aanvraag voor de derogatie in te dienen bij de Europese Commissie en die ook door te sturen naar de Britse overheid.

'In het VK stellen Engeland, Wales en Schotland ieder hun eigen eisen aan de pootgoedimport. Engeland en Wales zullen wel instemmen met het voorstel voor een derogatie. Van de Schotten verwachten we dat ze als tegenprestatie zelf ook hun pootgoed willen exporteren naar de EU. Dat moet dan wel volgens de Europese regels en dat ligt gevoelig in Londen, want dat was nou juist de aanleiding tot de brexit', weet Osinga.

Langdurige procedure dreigt

Naast Nederland heeft ook Denemarken een vergelijkbaar voorstel voor de export van pootgoed ingediend bij de Europese Commissie en schijnt ook Frankrijk dit te overwegen, meldt Osinga. Vooralsnog werken de landen niet samen. 'Dit dreigt een langdurige procedure te worden en dat is voorlopig behoorlijk nadelig voor de Nederlandse pootgoedsector. We vragen in elk geval van de politiek om vaart te maken met het voorstel voor derogatie.'