Tweede Kamer is tegen middelenverbod buiten de landbouw

De vrees is dat eerder aangekondigde beperkende maatregelen nadelig zijn voor de ontwikkeling van biologische en laagrisicomiddelen. De betreffende motie is ingediend door de Kamerleden Gerard van den Anker (CDA) en Erik Ziengs (VVD).

In hun motie wijzen Van den Anker en Ziengs erop dat er geen wetenschappelijke grond is om biologische en laagrisicomiddelen voor toepassing buiten de landbouw te verbieden. Verder maken ze zich zorgen over de beschikbaarheid van voldoende middelen voor bijvoorbeeld de bestrijding van de eikenprocessierups en Japanse duizendknoop.

Uitzonderingslijst in gewasbeschermingswet

In een reactie stelt de Unie van Waterschappen dat de zorgen van de Tweede Kamer niet terecht zijn. De unie wijst erop dat in de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden nu al een uitzonderingslijst is opgenomen om ook buiten de landbouw bepaalde ziekten en plagen te mogen bestrijden. De eikenprocessierups en Japanse duizendknoop staan ook op die lijst.

Het Gerechtshof in Den Haag bepaalde vorig jaar dat het weer mogelijk is om professioneel gewasbeschermingsmiddelen toe te passen op verharde en onverharde terreinen buiten de landbouw. Staatssecretaris Stientje van Veldhoven (D66) heeft opnieuw een wetsontwerp in voorbereiding om het gebruik van middelen buiten de landbouw in te perken.

De waterschappen steunen het plan van Van Veldhoven vanwege de zorg om de waterkwaliteit door het middelengebruik buiten de land- en tuinbouw. Van den Anker en Ziengs pleiten er in hun motie voor dat het oordeel van het Ctgb leidend is en dat een wettelijke basis voor beperkende maatregelen alleen geldt voor uitzonderingsgevallen.