'Goed ondernemerschap of fraude?'

Column Melkvee Jack Rijlaarsdam 08 maa 2021 om 12:00uur

Veel commotie afgelopen week over de tegenvallende jaarcijfers van FrieslandCampina. Echt verrassend was dit nieuws niet. Leden die hierdoor zijn overvallen, hebben een wel erg diepe winterslaap gehouden.

Begrijpelijk is het chagrijn wel, het is altijd makkelijker de winst dan het verlies te delen. Schokkender vind ik dat er niet creatiever naar excuses is gezocht. Al enkele jaren worden onrendabele extra productiecapaciteit voor de extra melk na de afschaffing van het melkquotum, de politieke situatie in Hongkong en valutaschommelingen opgenoemd. Nu gretig aangevuld met de coronapandemie, alsof de overige referentiebedrijven daar niet mee te maken hebben gehad.

Tegelijkertijd is het goed de zegeningen te tellen. Vorig jaar bij het begin van de coronacrisis is hier het melkprijsscenario van 2009 besproken. Terugkijkend is de daling van de melkprijs binnen de perken gebleven. Het is goed om te spiegelen aan de middenstand of de horeca. Door de zeer strikte coronaregels wordt daar niet of nauwelijks omzet gedraaid, terwijl de vaste lasten gewoon doorgaan.

Er is een regeling ingesteld om ondernemers tegemoet te komen. De Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW). Bedrijven met omzetverlies kunnen een tegemoetkoming in de loonkosten aanvragen.

Goede boekhouders kunnen het inboeken van de omzet blijkbaar zo sturen dat ook zij voor steun in aanmerking komen

Jack Rijlaarsdam, melkveehouder in Stompetoren

Meningen over de NOW verschillen. Getroffen ondernemers zijn kritisch omdat de loonkosten slechts gedeeltelijk worden vergoed. Buitenstaanders vinden dat er ook steun wordt verleend aan bedrijven die er toch niet meer bovenop zullen komen. Voor beide zienswijzen is wat te zeggen. Het is lastig om een schifting te maken tussen levensvatbare en niet-levensvatbare bedrijven.

• Lees ook: Fors lagere winst voor FrieslandCampina door corona en reorganisatie

De bedrijven die NOW-steun hebben ontvangen, staan met het ontvangen bedrag in een openbaar register. De plaatselijke horeca is geen verrassing. Opvallender is de vermelding van plaatselijke bouw- en sloopbedrijven waarvan het personeel handen tekortkomt voor al het werk. Ook enkele grote agrarische bedrijven uit de regio staan op de lijst.

Goede boekhouders kunnen het inboeken van de omzet blijkbaar zo sturen dat ook zij voor steun in aanmerking komen. Het is goed ondernemerschap om fiscale en financiële regelingen zo optimaal mogelijk te benutten. Maar moreel gezien vind ik de scheidslijn tussen goed ondernemerschap en fraude in dit geval best dun.