Maatwerk bij CO2-reductie melk: ‘We doen alleen wat bij ons past’
Vreugdenhil Dairy Foods en Nestlé hebben het programma Tomorrow’s Dairy (voorheen Low carbon farming) opgezet om de broeikasgasemissies te reduceren. Arie en Lennart Baas in Oudewater zijn deelnemende veehouders en halen mooie resultaten met efficiënt voeren. ‘Ik wilde iets meer doen met onze KringloopWijzer’, zegt Arie Baas.
In de keuken van Arie, Anja en zoon Lennart Baas staat een lange rij van 16 gelijksoortige beeldjes op de kast. Elk beeldje staat voor een jaar eersteklas melk, geleverd aan melkpoederproducent Vreugdenhil Dairy Foods. Het geeft aan hoe consistent en doelgericht de veehouders zijn in het melken van hun 120 koeien in Oudewater. Met 9.000 kilo is er een nette productie onder de koeien, van een goede kwaliteit, en dat dus jarenlang. Mooi detail; het vetgehalte bedraagt 4,70 en eiwit 3,50 procent.
Basis hieronder is goed en efficiënt voer. Via een voermengwagen en uitgekiend rantsoen van gras, snijmais, geplette gerst, bierborstel en mineralen stuurt Lennart Baas scherp op ureum (tussen 14 en 18) en op de gehaltes. In de melkput wordt nog slechts een halve kilo brok gevoerd. Daarvoor werden klepjes gemonteerd in het doseersysteem. In de nazomer tot laat in het najaar wordt via stalvoedering nog vers gras bijgevoerd, om zoveel mogelijk eiwit te kunnen benutten.
De klantspecifieke melkpoeders van Vreugdenhil worden door Nestlé gebruikt als ingrediënt voor bijvoorbeeld chocolade. Vreugdenhil Dairy Foods en Nestlé hebben in 2021 het Tomorrow’s Dairy programma (voorheen Low carbon farming) opgezet, om samen met deelnemende veehouders de broeikasgasemissies te verminderen en bij te dragen aan een duurzamere toekomst. Doel is het verkleinen van de footprint van melk door te werken aan een reductie van 50 procent broeikasgassen in 2030 ten opzichte van 2018. Het programma is gestart met een pilotgroep van 17 melkveehouders. Daarna volgden twee groepen van elk 30 boeren.
Insteek is om dit te doen via maatwerk, aan de hand van een bedrijfsspecifiek plan. Elk melkveebedrijf doet wat realistisch is en krijgt individuele begeleiding van een agrarisch adviseur. Daarnaast zijn er drie tot vier workshops per jaar waarbij de melkveehouders onderling ervaringen uitwisselen. Om te zien of de resultaten vorderen, wordt de KringloopWijzer gebruikt als referentie.
Met efficiënt voeren zetten wij veruit de grootste stap die we konden maken
Dat past precies bij het bedrijf van Baas, die besloot zich aan te melden. ‘Ik wilde iets meer doen met onze KringloopWijzer. Dan heb je verschillende knoppen waaraan je kan draaien om het broeikasgas te reduceren op je bedrijf. Maar niet alles past bij ons. Dit project wel. We zijn bijvoorbeeld te klein voor een mestvergister. Dan heb je zeker 300 koeien nodig om dat rendabel te krijgen.’
Baas werkt met 67 hectare veengrond dat vooral uit gras bestaat en zo’n 3 hectare mais. Afgelopen jaar moest er zo’n 500 kuub mest afgevoerd worden. ‘Nog een manier om CO2 te reduceren is proberen je kunstmestgift te verlagen, door bijvoorbeeld klaver door te zaaien. Het zaad werd zelfs vergoed. Maar hier op onze veengrond werkt dat niet zo goed. Afgelopen jaar hebben we drie hectare geprobeerd. Maar het resultaat viel tegen, zeker in dat natte seizoen.’
Met efficiënt voeren heeft de familie Baas de afgelopen jaren wel flinke stappen gezet. Het mengvoer is deels vervangen door losse grondstoffen en krachtvoer met een lagere footprint. Daarbij is Baas nu ook Bovaer van DSM gaan bijmengen om de methaanproductie in de pens te reduceren en de verteringcoëfficiënt te verhogen. Of Bovaer werkelijk bijdraagt aan de CO2-reductie en meer rendement is nu nog moeilijk te zeggen. Daarvoor gebruikt de melkveehouder het product nog te kort. Ook Bovaer wordt vergoed door het programma. Voerleverancier ABZ in Haastrecht levert het additief en rekent het gehele rantsoen bij Baas door.
Vanuit het programma kreeg Baas zelfs een vergoeding voor het investeren in een 25 kuubs voersilo met vijzel, zodat bijvoorbeeld de geplette gerst gemakkelijk en afgemeten direct in de voermengwagen is te laden. Doordat de melkveehouder al beschikte over een voermengwagen kan hij werken met uitgekiende voercomponenten en kunnen er minder kilogrammen brok besteld worden. Drie kilo brok per koe per dag vervangen door geplette gerst is in het voordeel van de portemonnee van de melkveehouder en beter voor de CO2-footprint.
Financieel gedekt
Baas haalde in 2023 een broekkasgasniveau van 951 gram CO2-equivalent per kilo melk. Dat staat gelijk aan een vergoeding vanuit Vreugdenhil van 2.750 euro, dat theoretisch kan oplopen tot 5.000 euro bij een uitstoot van nul. Baas: ‘Er is geen duidelijke meerprijs op de melk in het huidige programma en het voer is uiteindelijk iets duurder, maar voor deze dingen is er dus wel een vergoeding. Zo is het ook financieel gedekt. Bovendien is het ontzettend leerzaam om hiermee bezig te zijn. En bij die workshops spreek je de andere boeren weer en zie je hoe zij het doen. Dat is ook gewoon gezellig natuurlijk’, lacht Arie.
Vanaf januari 2025 verandert het vergoedingssysteem voor deelnemers van het Tomorrow’s Dairy programma en wordt overgegaan op een plus op de melkprijs, als beloning op basis van behaalde resultaten.
Efficiënt voeren
Naast het verminderen van broeikasgassen zijn andere duurzaamheidsindicatoren binnen Tomorrow’s Dairy ook belangrijk, zoals meer biodiversiteit, een betere bodem- en waterkwaliteit, dierwelzijn en natuurlijk een gezond verdienmodel voor de melkveehouder. Baas heeft nu vooral stappen gezet op efficiënt voeren, maar kijkt ook verder naar andere opties. Lennart Baas: ‘Met efficiënt voeren zetten wij veruit de grootste stap die we konden maken. Grondstoffen met een lage footprint maken het verschil, zoals bijvoorbeeld de geplette gerst veel doet met CO2-reductie. Je krijgt er hogere gehaltes mee en oudmelkse koeien gaan langer door in productie.’
‘Toch denk ik ook nog wel aan HVO-diesel tanken’, zegt hij. ‘Echter hebben we net een nieuwe trekker, dus we willen dat brandstofsysteem nog niet belasten met dergelijke additieven. Het zou ook maar een klein effect hebben in de totale CO2-reductie op ons bedrijf. We maken natuurlijk ook gebruik van loonwerkers die nog niet op HVO rijden.’ Baas doet daarnaast zoveel mogelijk aan het sparen van de veengrond. Zo rijden zij met 0,8 bar op lage druk, kochten bewust een wat kleinere giertank en er komt een achtwielig onderstel onder de opraapwagen. ‘Ook denk ik er sterk aan om helemaal te stoppen met maisteelt, maar dat is ook om het inklinken van de bodem tegen te gaan’, vertelt Lennart Baas.
De familie Baas is vol vertrouwen over de deelname aan het programma. ‘Ik hoor wel van collega’s die met andere duurzaamheidsprogramma’s meedraaien en dan te maken krijgen met kalenderlandbouw, of hun grasland niet meer mogen scheuren, en zo soms vast lopen. Dat is hier niet van toepassing. Alles wat we hier met het Tomorrow’s Dairy programma doen, past bij ons en levert ook zijn rendement.’
Dit artikel is gecreëerd door onze kennispartner Vreugdenhil Dairy Foods
Vreugdenhil Dairy Foods
Als familiebedrijf zetten we ons in om de meest voedzame en smaakvolle melkpoeders te produceren. Dat doen we met alleen de beste melk, op basis van jarenlange...
Lees verder »