Afrikaantjes praktijkrijp voor aanpak wortellesieaaltje

Telers gebruiken kennis over aaltjesbeheersing van de publiek-private samenwerking (PPS) 'Beter Bodembeheer' op hun percelen. Op de lichte gronden in het noord- en zuidoosten beperkt de akkerbouw zo schade. In beide regio's heeft de aanpak van het wortellesieaaltje met Tagetes patula (Afrikaantjes) een plek gekregen.

Afrikaantjes+praktijkrijp+voor+aanpak+wortellesieaaltje
© Jorg Tönjes

Bij de beheersing van aaltjes gaan onderzoekers Johnny Visser en Paulien van Asperen van Wageningen University & Research (WUR) uit van drie belangrijke stappen. Eerst moet de teler weten hoe de aaltjespopulatie ervoor staat, dan kan hij kijken hoe hij door een gerichte gewas- en groenbemesterkeuze de besmetting beheersbaar kan houden. Mocht dit niet lukken, dan zijn er aanvullende maatregelen.

Die maatregelen zijn bijvoorbeeld chemische bestrijding, inundatie en de inzet van Afrikaantjes als middel om het wortellesieaaltje Pratylenchus penetrans sterk te reduceren.

Visser: 'We weten veel meer over de aandachtspunten in de bodemgebonden ziekten, door het steken van goede monsters. Dat kan het beste op kleinere oppervlakten, het liefst maximaal 1 of 2 hectare. Dat is kostbaarder, maar het levert veel meer op voor je strategie. Je weet dan of daar een gevoelig gewas kan staan. Daarnaast moet je het gewas monitoren.'

Tagetes is positief bij aardappel met bijeffect op suikerbiet

Johnny Visser, onderzoeker bij Wageningen University & Research

Vrije keuze

Via aaltjesschema.nl en handboekgroenbemesters.nl kan de teler keuzes in gewassen en groenbemesters maken. 'Vooral bij groenbemesters is de teler vrij in wat hij kiest', zegt Visser. 'Dat kan meer verschil maken dan je denkt. We toonden met de langjarige bodemgezondheidsproef aan dat verkeerde keuzes gemiddeld 10 procent van je opbrengst kunnen kosten.'

Na een gerichte gewas- en groenbemesterkeuze komen eventueel nog aanvullende maatregelen, laat Visser weten. 'Chemie mag steeds minder, maar je kunt overwegen om een gewas in de zomer op te offeren en in plaats daarvan tagetes te telen.'


WUR-onderzoeker Johnny Visser geeft uitleg op een open dag bij proefbedrijf Vredepeel.
WUR-onderzoeker Johnny Visser geeft uitleg op een open dag bij proefbedrijf Vredepeel. © Jorg Tönjes

Naast Pratylenchus penetrans noemt landbouwkundige Jans Klok van Avebe de cysteaaltjes die aardappelmoeheid veroorzaken. 'Voor de teelt van TBM-pootgoed in de zetmeelaardappelen geven we duidelijke richtlijnen. Die gaan over bemonstering, keuze voor hoogresistente rassen en bij te hoge besmetting een teelt overslaan.'


Schade voorkomen

Die richtlijnen mogen dan niet bindend zijn, wie zich er niet aan houdt staat binnen de kortste keren buitenspel, stelt Visser. 'Schade voorkomen is de lijn als het vrijlevende alen betreft.'

Bedrijfsleider Marc Kroonen van het proefbedrijf in Vredepeel zegt dat de telers altijd oplossingen zoeken die bij hun individuele bouwplan horen. 'Daarbij hebben ze het aaltjesschema volop gebruikt. Ze hebben de informatie die wij aanboden absoluut opgepakt. Veel teelten kun je overigens vergeten als je niet actief wat doet aan de aaltjesbeheersing. De tagetes begon in de jaren tachtig in het zuidoosten aan een opmars.'


400 tot 450 euro per hectare

Voor het zaad en de extra onkruidbestrijding in de begingroei van tagetes mag de teler al snel 400 tot 450 euro per hectare rekenen, zegt Visser. 'Bij een besmetting met driehonderd tot vierhonderd aaltjes per 100 milliliter grond is het al rendabel. Wij gaan uit van 2,5 ton extra zetmeel in de eerste teelt na de tagetes. En in de tweede teelt nog eens van 1 ton extra zetmeel. Daar komt nog een mogelijk positief effect op de bietenopbrengst bij.'


Visser zegt dat zaaien als hoofdteelt in de zomer uit kan en dat de tagetes na een vroeg gewas als wintergerst ook nog zinvol is. 'Zaai het liefst ruim voor half augustus, daar zit het omslagpunt. De tagetes is gevoelig voor vorst, dus bij nachtvorst in het najaar houdt het op.'


Boost-jaar

Als tagetes in de zomer wordt geteeld (zaai eind juni), geeft dit de teler de mogelijkheid om voorafgaand aan de tagetesteelt andere maatregelen uit te voeren om de bodemkwaliteit te verbeteren. Een zogeheten Boost-jaar.

Visser noemt bestrijding van aardappelopslag, oplossen van structuurproblemen of de teelt van aardappel als vanggewas om de besmetting met aardappelcysteaaltjes sterk terug te dringen. Hoewel er indicaties waren dat tagetes trichodoriden zou vermeerderen, vinden de WUR-onderzoekers in hun proeven geen opbouw van besmettingen met deze aaltjes.

Lelietelers zijn beperkt in het toepassen van nattegrondontsmetting. Daarom kunnen ze er nu voor kiezen een perceel voor meerdere jaren te huren en dan te beginnen met de tagetesteelt. Visser: 'Bij akkerbouwrotaties hebben we ook aangetoond dat het uit kan. Het blijkt dat je een betere teelt in aardappelen of peen hebt na tagetes. Het brengt wortelknobbelaaltjes ook op een lager niveau.'


Dure maatregelen

Bouwplankeuzes en geschikte groenbemesters zijn laagdrempelig. Chemie wordt steeds verder ingeperkt. Tagetes telen, het onder water zetten van een perceel en het inwerken en afdekken van organisch materiaal zijn effectieve maar ook vrij dure maatregelen.

Onderzoek naar antagonisten van bodemziekten leverde nog geen resultaten op voor de praktijk. Visser en Van Asperen denken dat tagetes binnen de aanvullende maatregelen praktijkrijp is voor de akkerbouw, dankzij de relatief gunstige prijs en technische haalbaarheid.


Succes tagetes in zuidoosten en noorden

Nadat tagetes eerst opgang maakte in het zuidoosten, volgde een toename van de teelt in het noordoosten. Eerst ontdekten lelietelers de voordelen en aansluitend namen de zetmeeltelers het gewas op in hun bouwplan om Pratylenchus penetrans sterk te reduceren. Daarbij speelde het onderzoeksprogramma Bodemkwaliteit Veenkoloniën een rol als wegbereider. Onderzoeker Paulien van Asperen: 'Ik denk dat tagetes het meest praktijkrijp is voor de beheersing van dat aaltje. Inundatie is redelijk kostbaar en lang niet op alle percelen uitvoerbaar. En het doodt veel meer in de bodem dan alleen het schadelijke bodemleven. Het is niet selectief. Met de teelt van de Afrikaantjes blijkt in een veenkoloniaal bouwplan een plus in de zetmeelproductie en lijkt er ook een positief effect te zijn op de opbrengst van suikerbieten. Tagetes werkt over meer jaren. Met 1 op 4 weten we dat al. En nu proberen we ook of het bij 1 op 8 effect heeft.' Over die extra opbrengst in de suikerbieten hebben landbouwkundige Jans Klok van Avebe en akkerbouwer Jaap Dun uit Musselkanaal het ook. Volgens Klok en Dun is de meeropbrengst in bieten een onverklaarbaar bijeffect dat niet enkel aan de organische stof van de tagetes is te danken. Klok zegt dat Japanse haver veel organische stof levert en toch niet het tageteseffect laat zien. 'Het maakt ons natuurlijk niet uit hoe het werkt met tagetes, het gaat erom dat het effect heeft.' Dun: 'Voor telers in deze regio die met 1 op 2-zetmeelaardappelen werken is het voornamelijk geschikt om Pratylenchus penetrans te reduceren. De meerwaarde komt terug in meer zetmeel. En het positieve bijeffect op de suikerbieten maakt het makkelijker om de tagetesteelt rond te rekenen.'

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Vrijdag
    6° / -2°
    85 %
  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
Meer weer