Na corona 30 procent minder aardappelen verwerkt

In de periode van maart 2020 tot en met mei 2020 is door de Nederlandse aardappelverwerkers 698.000 ton aardappelen gebruikt als grondstof. Een jaar daarvoor was dat in dezelfde periode 290.000 ton meer.

Vooral in de maand april is de verwerkingscapaciteit in de fritesfabrieken behoorlijk teruggeschroefd. Toen werd in totaal 192.000 ton aardappelen gebruikt voor de productie van nog geen 100.000 ton eindproduct. Dit maandvolume voor de verwerking van aardappelen is de laagste in Nederland van zeker de afgelopen tien jaar.

Het terugschroeven van de verwerkingscapaciteit heeft alles te maken met de wegval van vraag nadat horecagelegenheden wereldwijd moesten sluiten vanwege corona. De aardappelverwerkers hebben inmiddels hun opslagcapaciteit in vrieshuizen vrijwel volledig benut voor de opslag van de diepgevroren aardappelproducten.

Opmerkelijk aan de verwerkingscijfers van mei 2020 is dat van het verwerkte volume van 215.000 ton aardappelen 47 procent afkomstig was van invoer. Vorig jaar in dezelfde maand werd 327.000 ton aardappelen verwerkt en was het percentage invoer 31,6 procent. In beide maanden, mei 2020 en mei 2019, ging het om de buitenlandse aanvoer van ruim 100.000 ton aardappelen.

Cumulatief verwerkingsvolume gedaald

Met de lage verwerkingscapaciteit van afgelopen maanden daalt het cumulatieve verwerkingsvolume van de laatste twaalf maanden naar een niveau van net beneden 3,6 miljoen ton. Dit is het laagste niveau sinds het seizoen 2012-2013. Twee jaar geleden realiseerden de Nederlandse verwerkers nog een jaarvolume van meer dan 4 miljoen ton aardappelen.

Overigens meldt De Vries & Westermann dat de Nederlandse verwerkers hun verwerkingscapaciteit de laatste weken weer beter benutten. De beursmakelaar schat de bezettingsgraad in de fabrieken op 70 tot 80 procent. Verwerkers proberen vooral hun contractvolumes zo goed mogelijk weg te werken. Op de effectieve markt is er nog nauwelijks vraag naar fritesaardappelen.