Teler moet aardappelafvoer goed documenteren

De benodigde documentatie betreft weegbonnen, vrachtbrieven en facturen die betrekking hebben op de afvoer van de aardappelen. Volgens BO Akkerbouw moet uit de documenten blijken hoeveel aardappelen zijn afgevoerd, naar welke locatie, voor welke prijs en wat uiteindelijk de bestemming is.

Geaccepteerde bestemmingen zijn onder meer veevoer, Nederlandse voedselbanken, voor de productie van alcohol of bio-ethanol, zetmeel en buitenlandse consumptie. Aardappelen die verwerkt worden tot fritesproducten in Nederland of andere landen komen niet in aanmerking voor een compensatie.

Geen garantie

Momenteel wordt door BO Akkerbouw samen met het ministerie van LNV en RVO gewerkt aan de aangekondigde compensatieregeling voor fritesaardappelen. Zonder vooruit te kunnen lopen op de uiteindelijke regeling en zonder enige garantie te kunnen bieden over de compensatie, adviseert BO Akkerbouw aan telers de afvoer van de aardappelen goed vast te leggen.

De regeling zal na de uitwerking voor goedkeuring aan de Europese Commissie worden voorgelegd. De definitieve regeling wordt uiteindelijk gepubliceerd in de Staatscourant. Daarnaast bereidt RVO zich voor op de uitvoering. Volgens directeur André Hoogendijk werken alle betrokken partijen keihard aan het uitwerken van de regeling.

Zonde van de tijd

'We zien dat bedrijven in de sector nu wachten op de regeling. Het is echter zonde van de tijd en de kosten als er aardappelen blijven liggen die nu wel afgevoerd kunnen worden. Met dit advies verwachten we dat de afzet richting bijvoorbeeld veevoer door kan gaan', verklaart Hoogendijk.

BO Akkerbouw waarschuwt wel dat de exacte voorwaarden voor de regeling op dit moment niet bekend zijn. 'Het is echter de verwachting dat de genoemde documenten noodzakelijk zijn als bewijsstukken en dat de regeling ingaat met terugwerkende kracht. Telers hoeven dus niet te wachten met afvoeren.'

Documentatie verschaffen

Aan handelaren, verwerkers en transporteurs vraagt BO Akkerbouw om de gevraagde documentatie aan telers te verschaffen met aandacht voor de bovengenoemde eisen. Voor de afvoer van aardappelen voor diervoer wordt gebruik gemaakt van handelaren en verwerkers die GMP+-gecertificeerd zijn of werken volgens de NAO hygiënecode-GMP.