Countus: markt broos voor akkerbouwers

Accountantskantoor Countus omschrijft de marktomstandigheden voor Nederlandse akkerbouwers als broos. ‘We zien wel perspectief met een redelijke prijsvorming in de oogstperiode. Maar aan de andere kant is er nog steeds onzekerheid over de uiteindelijke oogstvolume en de kwaliteit van de producten’, zegt bedrijfsadviseur Jan Lucas Spijkman van Countus.

Het accountantskantoor met vestigingen in Midden- en Noord-Nederland bepaalt maandelijks een akkerbouwindex als soort financiële barometer voor de sector. De index is een momentopname voor de marktsituatie van akkerbouwgewassen en wordt berekend op basis van arealen, opbrengsten en prijsvorming.

Spijkman legt uit dat bij een index van 100 akkerbouwers redelijk verdienen. Nu staat de index op net iets meer dan 90 punten en dat is maar heel gewoontjes, verklaart de bedrijfsadviseur.

Beneden gemiddelde opbrengsten

De oogstcijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) laten zien dat de opbrengsten van de akkerbouwgewassen in Nederland veelal beneden gemiddeld zijn. Voor een positief rendement moeten de afzetmarkten voor compensatie zorgen, stelt Spijkman.

‘Voor consumptieaardappelen is de termijnnotering deze week ongeveer 17 euro per 100 kilo. Maar dat is wel de prijs voor april en die hebben telers ook nodig voor de gemaakte kosten en voor het bewaarverlies. Het is geen vetpot. Hetzelfde geldt ook voor uien. Die brengen nu 12 tot 14 euro op en dat is ook maar een heel gewone prijs, zeker als de kilo’s tegenvallen.’

Voor pootgoed maakt Spijkman zich zorgen over de kwaliteit. ‘Dit jaar is er weer veel virusdruk en worden diverse partijen in klasse verlaagd of zelfs afgekeurd. Telers die hun pootgoed in hoge klassen houden, kunnen hopelijk profiteren van een gunstige markt. Bij afkeuringen is dat een ander verhaal.’

Op tijd beregenen

Net als na het droge groeiseizoen van 2018 ziet Spijkman ook dit jaar dat de verschillen in financiële opbrengsten tussen de bedrijven groot zijn. ‘Er zijn veel factoren die bepalen of een akkerbouwer bij de top behoort. Naast vakmanschap en ondernemerschap is voor de oogstzekerheid van de gewassen een goede bodemkwaliteit en de beschikbaarheid van voldoende water essentieel. Kortom de boer die op tijd kan beregenen is ook dit jaar weer koopman.’