Fosfaatrechten voor jongvee zonder kalf

Landbouwminister Carola Schouten had aan twee van de veehouders aanvankelijk fosfaatrechten toegekend voor hun vrouwelijk jongvee ouder dan 1 jaar, dat na de peildatum is geslacht zonder een kalf te krijgen. Aan de hand van de beleidsregel heeft ze het te veel verleende fosfaatrecht weer ingetrokken.

Dat deed Schouten, omdat er anders sprake zou zijn van verboden staatssteun. Bij de derde veehouder ging de minister er bij de toekenning al van uit dat de boer geen recht heeft op fosfaatrechten voor een deel van het jongvee dat hij hield.

Aansprakelijk

De veehouders zijn het er niet mee eens dat zij geen fosfaatrechten (meer) krijgen voor dit jongvee, omdat zij de rechten in de toekomst nodig denken te hebben voor hun bedrijf of de rechten al verkocht hebben en nu aansprakelijk worden gesteld door de koper.

De overheid stelt echter dat alleen aan vee dat is aan te merken als 'melkvee', zoals gedefinieerd in de meststoffenwet, fosfaatrechten kunnen worden toegekend. Volgens Schouten bestond er bij de toekenning van fosfaatrechten aanvankelijk onduidelijkheid over de reikwijdte van het begrip 'melkvee', vooral over welk jongvee daaronder valt.

Vleesproductie

De minister heeft de definitie in de wet vervolgens willen verduidelijken met de beleidsregel 'fosfaatrechten jongvee'. Voor jongvee dat wordt gehouden voor de vleesproductie of dat nooit zal afkalven zijn geen fosfaatrechten nodig.

Volgens Schouten is het daarom duidelijk dat het jongvee, waarvoor deze boeren fosfaatrechten eisen, niet onder het begrip 'melkvee' valt. Hierdoor zijn voor deze dieren geen fosfaatrechten nodig. Daarom hoeven ze ook niet te worden verkregen, stelt de minister.

Te beperkte uitleg

Het CBb is van oordeel dat Schouten met de beleidsregel voor deze categorie jongvee een te beperkte uitleg aan het begrip 'melkvee' in de meststoffenwet geeft. Deze komt niet overeen met de tekst van de definitie in de wet, noch met de betekenis volgens de geschiedenis ervan.

Volgens het college is het ook niet zo dat de meststoffenwet op deze manier moet worden uitgelegd, omdat er anders sprake is van ontoelaatbare staatssteun. Volgens het CBb moet Schouten binnen zes weken na de uitspraak een nieuwe beslissing op dit bezwaar nemen.