Beschermde status Koloniën van Weldadigheid deert boer niet

De Koloniën werden in 1818 gesticht door de Maatschappij van Weldadigheid. De bedoeling van het landbouwproject was om armen tot goede burgers om te vormen. Directeur Minne Wiersma is trots op het agrarische karakter van het gebied. 'Van onze 1.300 hectare grond verpachten we ongeveer 450 hectare aan boeren. De boerderijen en de landbouwpercelen zijn een wezenlijk onderdeel van ons visitekaartje.'

Met het oog op de mogelijke erkenning en de beschermde Unesco-status, zijn de boeren in actie gekomen. Akkerbouwer John Mensink pacht sinds tien jaar grond aan de rand van Wilhelminaoord. 'Wij hebben met de agrarische ondernemers in het gebied, maar ook boeren die net om de Maatschappij van Weldadigheid actief zijn, een convenant opgesteld. Op dit moment kunnen we in goed overleg vrijwel alles verbouwen. En dat willen we graag zo houden. We waren toch bang dat een titel van Erfgoed ervoor zou zorgen dat we op bepaalde percelen bijvoorbeeld geen mais meer mochten telen. Door dit convenant is dat nu gelukkig voorkomen.'

Geen Giethoorn

Minne Wiersma verwacht dat een plek op de Unesco Werelderfgoedlijst ervoor gaat zorgen dat meer toeristen naar de Koloniën komen. Maar hij verwacht geen massatoerisme, zoals in Giethoorn. 'Wij hebben hier een uitgestrekt gebied met een heel ander verhaal. Dat gaat een andere doelgroep trekken.'

Ook John Mensink is niet bang dat er onverwachts een bus met toeristen zijn erf op komt rijden. 'Ik heb ze niets te bieden, omdat ik niks aan huis verkoop. Er is wel een melkveehouder in het gebied met eigen zuivelproducten en die zal er ongetwijfeld baat bij hebben.'

Kruidenbitter

Eind juni 2020 wordt duidelijk of de Koloniën van Weldadigheid ook daadwerkelijk een plek op de Unesco Werelderfgoed krijgt. En Mensink hoopt dan wel op een klein feestje. 'Wij als pachters gaan er wel een beetje vanuit dat we dan een Drents kruidenbittertje aangeboden krijgen van de Maatschappij.'