Schmallenberg vastgesteld bij lam

Het lam met aangeboren afwijkingen werd in de eerste week van dit jaar door een dierenarts ingestuurd voor pathologisch onderzoek. Hij had een verdenking van de ziekte.

Sinds de eerste melding is nog een aantal lammeren met aangeboren afwijkingen gemeld bij GD Veekijker. Daarbij ging het overigens telkens om één of enkele gevallen. Op basis van criteria wordt vervolgens besloten of een lam moet worden ingezonden. De uitslag van deze onderzoeken zijn nog niet bekend.

Het Schmallenberg-vrius wordt verspreid door de knut. Een dier dat besmet raakt, produceert antistoffen en kan hierdoor niet opnieuw besmet raken. De knut is actief tot in november, afhankelijk van het weer.

Aangeboren afwijkingen

Bij een besmetting in een bepaald drachtstadium kan leiden tot misvormde lammeren of kalveren. Het virus kan vanwege de aangeboren afwijkingen ook zorgen voor moeilijke geboortes. Het virus kan leiden tot het afbreken van de dracht, meestal alleen in het eerste stadium van de dracht.

In 2011, toen het Schmallenbergvirus voor het eerst werd vastgesteld werden op een aantal bedrijven met een vroege start van het aflammerseizoen soms grote aantallen lammeren met aangeboren afwijkingen geboren. In het lammerseizoen 2011/2012 nam het aantal lammeren met aangeboren afwijkingen per bedrijf naarmate het aflammerseizoen vorderde snel af. ieren die de infectie hebben doorgemaakt maken antistoffen aan. Het virus is geen zoönose.

Mogelijk ook rundvee

Mogelijk is ook rundvee besmet. Deze diersoort is eveneens vatbaar voor het virus. De draagtijd van schapen is 145 dagen, die van runderen 280 dagen. Mocht een infectie op hetzelfde drachtmoment in de vroege dracht leiden tot afwijkende dieren, dan zou eind april de ziekte bij kalveren kunnen opduiken.