Risico op boterzuur bij septemberkuilen

Nieuws Melkvee Mirthe Rolink 17 dec 2024 om 17:56uur

Dit najaar zijn relatief veel kuilen met een hoog boterzuurgehalte gemaakt, blijkt uit cijfers van Eurofins Agro op basis van 3.500 kuilanalyses. Dit is het gevolg van een natte septembermaand. De voederwaardes liggen rond het langjarig gemiddelde.

Eurofins attendeert melkveehouders erop dat het dit jaar extra belangrijk is bij de kuiluitslag te kijken naar de parameter voor boterzuur. In de kuilen die gemaakt zijn in september is gemiddeld 3 gram boterzuur per kilo droge stof gemeten. De kuilen die in oktober zijn gemaakt hebben dit probleem minder en zitten gemiddeld op 2 gram boterzuur per kilo droge stof. Ter vergelijking, het langjarig gemiddelde ligt op 2,9 gram.

De boterzuursporen kunnen via de mest op de spenen terechtkomen. Het is dus belangrijk om hygiënisch te werken, om te voorkomen dat de melk wordt besmet met de boterzuurbacteriën.

Voederwaardes

Eurofins geeft aan dat de variatie bij de septemberkuilen dit jaar groot was. Gemiddeld gezien zat het drogestofgehalte op 421 gram per kilo, ofwel 42,1 procent. Het langjarig gemiddelde ligt flink lager op 36,7 procent. Verder is het opvallend dat in de septemberkuilen gemiddeld 64 gram suiker per kilo droge stof is gemeten. De oktoberkuilen zitten behoorlijk lager met gemiddeld 54 gram suiker per kilo droge stof. Dit ligt dan weer redelijk in lijn met het langjarig gemiddelde van 50 gram.

Gemiddeld gezien zat de Voeder Eenheid Melk (VEM) op 886 bij de najaarskuilen. De kuilen van oktober scoorden met gemiddeld 899 VEM per kilo droge stof ook op dit vlak beter ten opzichte van de septemberkuilen, die 879 gram VEM hadden. Een ander verschil tussen deze kuilen is te zien bij de Neutral Detergent Fiber (NDF). Waar deze met 468 gram per kilo droge stof bij de septemberkuilen relatief hoog ligt, zien we in oktober met 429 gram juist dat de NDF lager ligt dan het langjarig gemiddelde. Dat ligt namelijk op 441 gram NDF per kilo droge stof.

Over het algemeen conserveren najaarskuilen een stuk lastiger dan zomerkuilen. Dit komt door het vaak wat hogere eiwit- en lagere suikergehalte. Melkzuurbacteriën hebben dan te weinig suiker om melkzuur te produceren. Daarnaast is het drogen van het gewas door de kortere dagen en nattere omstandigheden een uitdaging. Het aandeel ruw as neemt daardoor vaak toe.