Pigarné specialiseert zich in restbiggen

Tot voor kort opereerde het bedrijf onder de naam Agri4+. De afgelopen jaren is het zich steeds meer gaan richten op het slachten van biggen die niet geschikt zijn om op te groeien tot vleesvarken. Daartoe is de productielijn vernieuwd en verbeterd om dit nog efficiënter te kunnen uitvoeren. De naam Pigarné | Young Pork Meat sluit daarom beter aan bij de activiteiten van het bedrijf en de expertise die het heeft in dit segment.

Op verschillende plekken in de wereld zijn consumenten gek op biggenvlees, stelt Campmans. 'Het malse vlees smelt letterlijk in de mond. Bij Pigarné kennen we ons vak, produceren we kwalitatief biggenvlees volgens de strenge richtlijnen en worden we wereldwijd erkend door onze afnemers. De kwaliteitskoppels worden geëxporteerd, maar er zijn ook slachtwaardige biggen die niet geschikt zijn om verder door te groeien tot vleesvarken. Dat is nu net waar Pigarné de meerwaarde levert.'

Zuid-Europa en Azië

Het merendeel van het biggenvlees dat Pigarné produceert, wordt geëxporteerd. Deze producten, variërend van complete karkassen tot bepaalde onderdelen en verwerkte varkensvleesproducten, gaan naar belangrijke afzetmarkten in Zuid-Europa en Azië. Door de afzet naar deze specifieke gebieden en markten zorgt het bedrijf voor een optimale verwaarding van de biggen. Het slachten van deze biggen gebeurt in Nederland in plaats van in het buitenland en de export als karkas of onderdelen verkleint de CO2-voetafdruk.

Naast deze specialisatie in biggen blijft het bedrijf zorgen voor huisslachtingen van runderen en varkens.