Volop vraagtekens over renure-toezegging Europese Commissie

'We weten alleen dat er op zeer korte termijn een voorstel van de Europese Commissie komt voor wat betreft de toelating van renure. Dus daar wachten we op', zegt de woordvoerder van demissionair minister Piet Adema voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. 'Maar we weten nog niet wat de voorwaarden zijn.'

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit liet op vrijdag 22 maart weten dat de Europese Commissie op klemmend verzoek van Nederland plannen gaat maken om uit gewone mest gemaakte kunstmestvervangers toe te laten. Veehouders kunnen daardoor meer mest benutten en hebben bovendien minder kunstmest uit het buitenland nodig. Gaandeweg de toelatingsaanvraag wist Nederland ook een flink aantal andere EU-landen voor het idee te winnen.

Maar de Europese Commissie hield de boot af. Tot afgelopen vrijdag dus. 'De toezegging voor een versnelde toelating is natuurlijk een heel positief signaal. Het is een van de manieren om de druk op de mestmarkt te verlagen', aldus de woordvoerder van het landbouwministerie.

Maandag 25 maart sprak Adema in Den Haag nog met vertegenwoordigers van verschillende sectoren over dit onderwerp. Begin april informeert de demissionair minister de Tweede Kamer over de voortgang met een brief. Inhoudelijk wil het ministerie daar nu nog niets over kwijt.

'Veelbelovende ontwikkeling'

In een reactie noemt LTO Nederland het Brussels besluit om renure toe te laten veelbelovend, maar stelt tegelijkertijd ook dat de uitvoering van de toelating bepalend gaat zijn. LTO pleit al sinds 2008 voor de toelating van kunstmestvervangers en complimenteert het kabinet, dat zich hier de voorbije maanden hard voor heeft gemaakt, met dit veelbelovende resultaat.

Boeren en tuinders mogen door Europese regels steeds minder dierlijke mest uitrijden op hun eigen land. Dit leidt volgens LTO Nederland tot knelpunten in de mestafzet en verhoogt het gebruik van duur kunstmest. Producten uit dierlijke mest kunnen een belangrijk, duurzaam en milieuvriendelijk alternatief voor kunstmest vormen.

LTO-voorzitter Ger Koopmans stelt dat het goed is dat minister-president Mark Rutte en landbouwminister Adema zich de voorbije maanden in Brussel hard hebben gemaakt voor de toelating van renure. 'Maar we moeten de voorstellen van de Europese Commissie afwachten om te kunnen beoordelen of deze stap zoden aan de dijk zet. De randvoorwaarden, uitwerking en ingangstermijn van deze voorstellen bepalen of hier echt sprake is van een oplossing die de Nederlandse landbouw verder brengt.'