AgruniekRijnvallei eist driedubbele zekerheid dat dierlijke eiwitten bacterievrij zijn

Al bijna twee jaar levert AgruniekRijnvallei pluimveevoeders met verwerkte dierlijke eiwitten aan de afnemers. Voor de darmgezondheid van de hennen en het behouden van een goede eikwaliteit zijn deze eiwitten van groot belang. Het is een van de maatregelen om hennen tot 120 weken leeftijd te kunnen houden door een goede productie en eikwaliteit.

Afgezien van het feit dat pluimvee alleen verwerkt dierlijk eiwit van varkens mag krijgen en de verwerking in de voerfabriek volledig gescheiden moet zijn, is het gebruik van het eiwit niet eenvoudig. Dit zei commercieel directeur Johan Schuttert tijdens de kennisbijeenkomst dinsdagavond in Renswoude. 'Je wilt natuurlijk absoluut niet dat er met deze grondstof entero's als salmonella of clostridium meekomen. Er mag geen ei besmet raken hiermee en dat lukt ons ook.'

Verhitten, apart opslaan en controleren

Om te voorkomen dat ziekteverwekkers meekomen met de verwerkte dierlijke eiwitten, eist AgruniekRijnvallei een driedubbele garantie van de grondstofleverancier. Als eerste stap moeten de eiwitten worden verhit. Na afkoelen worden ze gecontroleerd op de entero's. Dan wordt iedere batch apart opgeslagen in een afzonderlijk compartiment. Daarna worden de eiwitten opnieuw onderzocht op ziekteverwekkers en pas als ze dan nog steeds vrij zijn, mogen ze aan de voerfabriek van AgruniekRijnvallei worden geleverd.

AgruniekRijnvallei controleert het voer dan altijd ook zelf nog op salmonella en andere ziektekiemen. 'Maar als we ziektekiemen pas ontdekken bij deze controle, is het te laat. Dan kun je het voer niet meer leveren en zit de besmetting in de fabriek', legt Schuttert uit. 'Door de strikte eisen is dit de afgelopen twee jaar nog niet gebeurd en dat moet zo blijven. Als een leverancier van verwerkt dierlijk eiwit afhaakt vanwege onze strikte eisen, dan zij dat zo.'