NAO-directeur: 'Met Nederlandse aardappel hebben we goud in handen'

Het feit dat wereldvoedselorganisatie FAO verwacht dat de aardappelconsumptie wereldwijd de komende tien jaar kan verdubbelen, ziet NAO-directeur Dick Hylkema als grote kans voor de Nederlandse sector. 'Om deze te benutten, hebben we in eigen land wel voldoende teeltareaal nodig.'

NAO%2Ddirecteur%3A+%27Met+Nederlandse+aardappel+hebben+we+goud+in+handen%27
© dirk hol

In de buurt van het Van Stolkpark in Den Haag tussen ambassades en andere statige gebouwen staat ook het prachtige pand waar de Nederlandse Aardappel Organisatie (NAO) kantoor houdt. Dick Hylkema is daar sinds 2016 de directeur van de belangenbehartiger voor de Nederlandse aardappelhandel.

Hylkema erkent dat de positie van de Nederlandse aardappelsector hem de afgelopen jaren regelmatig heeft verrast. 'Natuurlijk wist ik dat de aardappel voor Nederlandse akkerbouwers een dragend gewas is. Maar dat wij als aardappelland wereldwijd zo'n bepalende rol spelen, had ik zeven jaar geleden nog niet in beeld.'

Juist om het belang van de sector voor het voetlicht te brengen, organiseerde NAO in december samen met de Vereniging voor de Aardappelverwerkende Industrie een bijeenkomst voor Tweede Kamerleden in Nieuwspoort in Den Haag. Het doel was politici te informeren over de aardappelketen en de grote uitdagingen voor met name aardappeltelers.

Onze aardappelexport speelt een essentiële rol bij de wereldwijde voedselvoorziening

Dick Hylkema, directeur NAO

Waarom is een dergelijke bijeenkomst nodig?

'Als het gaat om milieuregels en de stikstofproblematiek, hebben overheid en politici meer oog voor wat moet gebeuren op het boerenbedrijf dan voor de gevolgen daarvan voor een hele bedrijfstak. Vooral de internationale positie van de Nederlandse aardappelketen blijft onderbelicht, terwijl dat juist het verdienmodel is.

'Hierover uitleg geven is een van onze taken. Over de bijeenkomst waren we overigens prima tevreden. Het bereik was goed en veel Kamerleden zijn voorlopig bijgepraat.'


Wat verwachten jullie van de politiek?

'Voor de toekomst van onze bedrijfstak zetten we in op verduurzaming. Dat geldt niet alleen voor de aardappeltelers maar voor de hele keten. Wij verwachten van de politiek dat zij het instrumentarium geeft om die verduurzaming door te voeren. Het gaat dan om beschikbaarheid van groene middelen, maar ook het kunnen toepassen van nieuwe veredelingstechnieken.

'Het moet voor politici duidelijk zijn dat de kans op fytosanitaire problemen toeneemt als er minder mogelijkheden zijn om ziekten en plagen te bestrijden. En dat is nadelig voor de handel. Dat verhaal moeten we keer op keer vertellen en verder aanscherpen.'


Waar zitten de zorgen als het gaat om de ontwikkeling van de aardappelsector?

'We zijn bang dat de teelt in Nederland in de knel komt. Het gaat dan niet alleen om druk op teeltareaal, maar ook over de mogelijkheid om gezonde aardappelen te telen. Teelt in eigen land is de basis voor onze bedrijfstak. Nu hebben we ongeveer 160.000 hectare aardappelen en dat moeten we zien te handhaven.

'Dat areaal is nodig voor productie van voldoende pootgoed en levering van grondstoffen voor de industrie. Maar ook is voldoende omvang nodig voor veredelaars om nieuwe rassen te ontwikkelen. Hetzelfde geldt voor machinefabrikanten of koelbedrijven die investeren in innovatieve technieken.'


Kunt u de betekenis van de Nederlandse aardappel wereldwijd schetsen?

'De aardappel is uitgegroeid tot een van de drie grootste voedingsgewassen. Pluspunten zijn de hoge voedingswaarde en de beperkte behoefte aan water in de teelt. Daarmee heeft de aardappel naar verhouding minder last van klimaatverandering. FAO verwacht niet voor niets dat de wereldconsumptie van aardappelen in tien jaar tijd kan verdubbelen.


'Als het gaat om aardappelinnovaties, kijkt de hele wereld naar Nederland. We hebben een uniek cluster van veredelaars, telers, verwerkers, handelaren, toeleveranciers, keuringsdiensten en kennisinstellingen met een uitstekende infrastructuur. Met de positie van de Nederlandse aardappel hebben wij goud in handen en dat moeten we koesteren.'


Wat doet NAO voor de leden?

'Voor handelsvoorwaarden en markttoegang tot zo'n 120 landen onderhouden wij intensieve contacten met LNV, NVWA en de landbouwraden in het buitenland. Vooral de fytosanitaire eisen vragen veel aandacht. In de afzet zijn we betrokken bij de aardappelnoteringen en publiceren we marktcijfers.

'Verder zijn we vooral een platform voor onze branche. In dat kader organiseren we cursussen, houden we ons bezig met de aardappelpromotie richting consument en faciliteren we gezamenlijk onderzoek. Daarvoor zijn we betrokken bij Holland Innovative Potato. Hierin worden fundamentele oplossingen gezocht voor verduurzaming van de sector.


Tekst gaat verder onder video.

'In het kader van onderzoek is onlangs ook het ketenproject Pootgoedkwaliteit afgerond. Dit heeft een stresstest en richtlijnen voor de behandeling van pootaardappelen opgeleverd.'


Welke rol speelt de aardappelhandel in de keten?

'De aardappelhandel is een essentiële schakel tussen teelt en eindafnemer. Handelsbedrijven zorgen ervoor dat aardappelen bij hun eindbestemming terechtkomen. Het dienstenpakket van onze leden is heel divers. Dat varieert van export tot het collecteren van grondstoffen voor verwerkers of het sorteren en verpakken voor de retail.'


Waarom is het belangrijk dat Nederland aardappelen kan blijven exporteren?

'De export is een verdienmodel. Om ervoor te zorgen dat geld wordt verdiend in de sector is een goede afzet een voorwaarde, export hoort daar vanzelfsprekend bij. Maar ook speelt de export van consumptie- en pootaardappelen wel degelijk een rol bij de wereldwijde voedselvoorziening. Dat wordt vaak onderschat.

'Op jaarbasis exporteren we zo'n 800.000 ton hoogwaardig pootgoed. In onder andere Afrika en Azië kunnen lokale boeren daardoor beschikken over goed uitgangsmateriaal. Zij produceren daarmee geen 10 ton per hectare, maar twee of drie keer zoveel. Dat maakt een groot verschil.'





NAO dekt 95 procent van aardappelhandel

Ongeveer 150 Nederlandse aardappelhandelsbedrijven zijn lid van NAO. Dat is 95 procent van de hele branche. NAO heeft voor zes fte's aan medewerkers in dienst en dat is beperkt voor het uitgebreide takenpakket, stelt directeur Dick Hylkema.

Om de belangenbehartiging zo goed mogelijk in te vullen, werkt NAO veel samen met brancheorganisaties zoals BO Akkerbouw en VNO-NCW. Verder hebben de plantaardige handelsorganisaties hun krachten gebundeld in PlantNet International en is NAO partner van SeedNL. Op Europees niveau is NAO lid van koepelorganisatie Europatat.

Hylkema is opgegroeid op een bloembollenbedrijf en studeerde Landbouweconomie in Wageningen. Hij werkte in commerciële functies bij Campina en het Centraal Bureau voor de Tuinbouwveilingen. Daarna kwam hij via WLTO en LTO Nederland terecht in de belangenbehartiging. Hylkema stond aan de wieg van de oprichting van LTO Glaskracht, het huidige Glastuinbouw Nederland, en was jarenlang directeur van die organisatie. In 2016 maakte hij de overstap naar NAO.

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer