Vertrouwen onder akkerbouwers daalt

De Agro Vertrouwensindex geeft op reguliere basis een beeld van de stemming onder agrarisch ondernemers in Nederland. Het vertrouwen onder akkerbouwers daalde met 4 punten in het tweede kwartaal van 2022 en daarmee komt de index uit op -5,5 punt.

De huidige situatie op het bedrijf, uitgedrukt in de stemmingsindex, steeg met 9 punten. De verwachte situatie op het bedrijf over twee tot drie jaar daalde sterker (-13 punten) en komt daarmee verder onder nul. Beide indicatoren vormen samen de Agro Vertrouwensindex. Wageningen Economic Research concludeert dat er meer pessimisten dan optimisten zijn in de akkerbouwsector. 'Het vertrouwen in de sector ligt ook lager dan gebruikelijk.' Het langlopend gemiddelde bedraagt circa 10 punten.

Stemmingsindex stijgt

De huidige situatie op het akkerbouwbedrijf, die wordt uitgedrukt in de stemmingsindex, steeg ten opzichte van de meting in het derde kwartaal van 2021. De index bedroeg 19 punten tegenover het tweede kwartaal van 2022.

Dat betekent dat de index zich weer beweegt richting het langlopende gemiddelde van 22 in de sector. De stemmingsindex van akkerbouwers is de op een na hoogste in de land- en tuinbouw. Alleen de index van melkveehouders is hoger.

Positiever dan vorige meting

Verder blijkt uit de gegevens van Wageningen Economic Research dat akkerbouwers positiever terugkijken op de afgelopen twaalf maanden dan bij de vorige meting. De conjunctuurindex steeg met circa 6 punten, maar is nog altijd negatief met -15 punten. De kosten werden hoger ingeschat dan drie kwartalen geleden. De productie viel mee en werd daarom beter beoordeeld. Aan de opbrengstprijs veranderde bijna niets en daarom was de index van de omzet hoger.

Daarnaast was de invloed op de winst beperkt en steeg met slechts twee punten. De index van -25 punten over de ingeschatte economische bedrijfssituatie voor over twee tot drie jaar is bijna gelijk aan het niveau gemeten in het eerste kwartaal van 2020. Dat was een dieptepunt in de index en markeerde toen het uitbreken van de coronacrisis. De pessimisten zijn dus sterk in de meerderheid, want het langlopende gemiddelde ligt net onder de nullijn.

Opvallend is de conjunctuurindex. Deze meting, die twaalf maanden vooruitkijkt, bleef onveranderd en op -18 punten staan. Bij hogere kosten steeg de index van de opbrengstprijs wat en andere achterliggende factoren gingen iets omhoog. De kosten zijn historisch hoog: de index was nog nooit eerder zo laag. Dat betekent dat ondernemers de komende twaalf maanden een sterke negatieve invloed van de kosten verwachten op de bedrijfsvoering.