Stikstof- en fosfaatexcretie lager dan verwacht

Ook de stikstofexcretie vanuit de melkveehouderijsector begint te dalen, al komt deze volgens de huidige berekeningen nog wel uit boven het sectorale plafond van de melkveehouderij. 'Mijn inzet richting de sector is dat deze daling doorzet, zodat op termijn ook het stikstofplafond voor melkvee niet meer wordt overschreden. De afspraak met de sector over maximeren van het ruw eiwitgehalte in het melkveevoerrantsoen zal hier zeker toe bijdragen' schrijft Schouten.

De excretiewaarden vanuit de andere veehouderijsectoren liggen zowel bij fosfaat als stikstof onder de sectorale plafonds. Dat geldt ook voor fosfaat in de melkveehouderij. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekent elk kwartaal de excreties vanuit dierlijke mest in de Nederlandse veehouderij. In de melkveesector is het fosfaatplafond op 84,9 miljoen kilo per kwartaal vastgesteld. In het tweede kwartaal van 2021 lag de excretie op 73,6 miljoen kilo, ruim onder het plafond.

In de varkenshouderij was de fosfaatexcretie in het tweede kwartaal 35,3 miljoen kilo, waar het plafond 39,7 miljoen kilo toestaat. In de pluimveehouderij bedroeg de fosfaatexcretie 23,6 miljoen kilo. Het pluimveeplafond is vastgesteld op 27,4 miljoen kilo.

Bij stikstof bedroeg de excretie in het tweede kwartaal van dit jaar in de melkveehouderij 283,7 miljoen kilo. Het plafond is vastgesteld op 281,8 miljoen kilo. In het eerste kwartaal van dit jaar bedroeg de stikstofexcretie vanuit de melkveehouderij overigens nog 287,1 miljoen kilo. Ten opzichte van het eerste kwartaal heeft dus een behoorlijke daling plaatsgevonden. In de varkenshouderij was de stikstofexcretie 88,6 miljoen kilo (plafond is 99,1 miljoen kilo) en in de pluimveehouderij 52,6 miljoen kilo (plafond is 60,3 miljoen kilo).

Definitieve cijfers 2020

In de tweede kwartaalrapportage 2021 heeft het CBS ook de definitieve fosfaat- en stikstofexcretie van de Nederlandse veestapel in 2020 opgenomen. De definitieve fosfaatexcretie in 2020 lag bijna 13 procent lager dan het nationale plafond van 172,9 miljoen kilo. De stikstofexcretie was in 2020 3 procent lager dan het nationale plafond van 504,4 miljoen kilo. In 2020 had alleen de melkveehouderij het sectorplafond voor stikstof overschreden.

Met de Europese Commissie heeft Schouten bij de uitwerking van de managementmaatregelen melkveehouderij afgesproken dat voor de verantwoording van het Nederlandse mestbeleid rekening mag worden gehouden met de natuurlijke variatie aan stikstof (en fosfaat) in gras en mais in de afgelopen vijf jaar, waarbij de hoogste en laagste gehalten buiten beschouwing worden gelaten. Als dit wordt toegepast was de stikstofuitscheiding vanuit de melkveesector in 2020 precies gelijk aan het sectorale stikstofplafond van 281,8 miljoen kilo, meldt de minister.