Maran-rapport: antibioticaresistentie hier minder groot probleem

De Europese Unie sprak deze week over extra maatregelen om antibioticaresistentie tegen te gaan. In Nederland is dat probleem minder groot dan in andere landen. Dat blijkt uit een rapport van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Deze week verscheen hun rapportage over 2020 van de Monitoring of Antimicrobial Resistance and Antibiotic Usage in Animals (Maran).

Maran%2Drapport%3A+antibioticaresistentie+hier+minder+groot+probleem
© Henk Riswick
Het antibioticagebruik uitgedrukt in kilo's is in de Nederlandse veehouderij sinds referentiejaar 2009 met 69 procent gedaald. Vorig jaar was dat 71 procent. Op voorschrift is het gebruik bij varkens, pluimvee en koeien stabiel laag. Bij vleeskalveren is het gebruik verder gedaald, bij konijnen gestegen. Met de daling van het gebruik neemt ook de resistentie van bacteriën tegen antibiotica af.

Het Maran-rapport komt tegelijk uit met eenzelfde rapport van antibioticagebruik en resistentieontwikkeling bij de mens. Bij de mens lijkt er wat minder resistentie te zijn, ondanks dat meer mensen door de coronauitbraak zijn opgenomen op de intensive care. Dit komt mogelijk omdat corona heeft gezorgd voor minder contacten, minder reizen en een betere hygiëne.


Waakzaam blijven

Ten opzichte van andere EU-landen doet Nederland het bij zowel mens als dier goed. De resistentie neemt bij de meeste darmbewoners van koeien, varkens en pluimvee zoals salmonella, E.coli, clostridium en campylobacter vooortdurend af. Daarmee neemt het risico van resistentieoverdracht van dier naar mens ook af. Desalniettemin roept de rapportage op waakzaam te blijven, zodat een toename van resistentie tijdig wordt opgemerkt.


Daarnaast is er de dringende oproep om het gebruik van derde en vierde generatie antibiotica (voor mensen vaak het laatste redmiddel) tot een minimum te beperken. Het gebruik van colistine door de veehouderij en ook de resistentie is minimaal, toch benoemt Maran specifiek het gebruik van colistines in de varkens- en pluimveehouderij.

In 2020 kwamen minder vaak ESBL-producerende darmbacteriën in vleeskuikens en op kippenvlees voor. ESBL zijn enzymen die veelgebruikte antibiotica, zoals penicillines, kunnen afbreken. Ook bij leghennen daalde het aandeel ESBL sinds 2016. Bij varkens(vlees) is het aandeel van deze bacteriën op een stabiel, laag niveau.


MRSA

Uit het onderzoeksrapport van Maran blijkt verder dat veegerelateerde MRSA in 76 procent van de stofmonsters bij varkens voorkomt. In stof van pluimveebedrijven werd de bacterie niet aangetroffen. In de detailhandel werd in minder dan 10 procent van het varkens- en rundvlees MRSA gevonden, terwijl dit bij zowel kip als kalkoen 20 procent was.

Downloads
Maran-rapport 2021

Bekijk meer over:

Lees ook

Marktprijzen

Meer marktprijzen

Laatste nieuws

Nieuwste video's

Kennispartners

Meest gelezen

Nieuw op MechanisatieMarkt.nl

Meer advertenties

Vacatures

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    85 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer