Giedo Indenkleef gaat voor consequente bestrijding knolcyperus

De knolcyperus is een hardnekkig onkruid waarvan de knolletjes tien jaar kunnen overleven in de grond. De ontwikkeling kan hard gaan. Zo is één knolletje in staat om op jaarbasis voor 8.000 nieuwe knolletjes te zorgen. Eenmaal in de grond is de knolcyperus heel lastig te bestrijden. Het onkruid wordt verspreid door besmette planten, pootgoed, bermmaaisel en voornamelijk door aanhangende grond aan machines.

Indenkleef: 'De overlast van de knolcyperus neemt met het jaar toe, daarom is bestrijding extra belangrijk. Bij machinale bewerking van het perceel, sleep je het onkruid door het hele veld. Door ploegen of het injecteren van mest breng je het onkruid vanuit het midden naar de kopakker en van daaruit weer naar andere plekken.'

Chemie lastig

Chemie krijgt knolcyperus lastig op de knieën. Onkruid bestrijden met elektriciteit daarentegen lijkt kansrijk als extra bestrijdingsmogelijkheid, zo blijkt uit een eerste demoproef vorig jaar mei met 6 telstroken in Weert (L.), onder auspiciën van het Belgische Proef- en Vormingscentrum voor de Landbouw (PVL).

Elektrische onkruidbestrijding gebeurt met behulp van de Zasso X Power. Met de voorkant wordt contact gemaakt met het onkruid. De generator aan de achterkant van de trekker wekt hoogspanning op variërend tussen de 4.000 en 8.000 volt. De hoogte van de spanning is afhankelijk van de grootte en de hoeveelheid onkruid op de akker.

Vier tot zes keer

De geproduceerde energie wordt tot in de wortels en wortelstokken overgebracht. 'Het elektrisch bestrijden moet wel vier tot zes keer per jaar gebeuren. Doe je dit maar een keer per jaar, dan sterft de aanwezige knolcyperus weliswaar af, maar stimuleer je de ogen op de pitten om uit te lopen.'

In België start een grootschalig onderzoek naar de bestrijding van knolcyperus, waarin ook de LLTB is aangehaakt. Belangrijkste doel van het onderzoek is het verwerven van wetenschappelijke kennis op het gebied van voorkomen, verspreidingsmogelijkheden en bestrijding van knolcyperus.