5 vragen over wandelnetwerken langs boerenland

Hoeveel wandelaars worden er op jaarbasis verwacht?

Dit valt lastig te zeggen en is per gebied verschillend. De verwachting is dat de gebieden rondom woonkernen en natuurgebieden meer wandelaars trekken en andere gebieden minder.

Wandelaars zijn vrijwel allemaal relatief rustige mensen en natuurliefhebbers. De ervaring is dat er meer afval wordt meegenomen door deze groep dan dat er wordt achtergelaten. Om eventuele parkeeroverlast tegen te gaan, worden op de routes startpunten aangegeven waar ook voldoende parkeergelegenheid is.

Hoe werkt het bij het verlenen van toestemming?

Alle grondeigenaren worden officieel om toestemming gevraagd. Eigenaren kunnen kenbaar maken of ze toestaan dat mensen hun grond betreden en/of dat er paaltjes worden neergezet. Zonder reactie gaat het recreatieschap er soms van uit dat eigenaren akkoord zijn. Dat is omdat de meeste trajecten al over bestaande wandelpaden gaan en er dus eigenlijk verder niks wijzigt in de situatie.

Wat gebeurt er als iemand weigert?

Indien iemand niet instemt, kan de route niet worden uitgezet over deze grond en wordt het netwerk aangepast. Dit gaat meestal wel ten koste van de aantrekkelijkheid van het netwerk.

Als eenmaal toestemming is verleend, kan men er altijd weer vanaf komen. Het recreatieschap vraagt eigenaren om, indien ze hun toestemming intrekken, minimaal twee maanden de tijd voor het opzetten van een geschikte alternatieve route.

Hoe zit het met een kruising van schouwpad en koeienpad?

Waar de boer toestemming heeft van het waterschap om zijn vee over een dam en schouwpad van weiland naar weiland te brengen, denkt het recreatieschap mee over oplossingen om mens en dier te scheiden, zodat beide er geen last van hebben. Bijvoorbeeld een doorgang met paaltjes, zodat de wandelaar er wel langs kan maar het vee niet.

Hoe zit het met het risico op een neosporabesmetting?

Volgens de Gezondheidsdienst voor Dieren vindt de belangrijkste overdracht plaats van moeder op kalf. Er is een kleinere kans dat besmetting optreedt van hondenontlasting naar koe, met name van boerderijhonden. Op de routes geldt een aanlijngebod, omdat hondenontlasting niet in de wei mag komen en vee zo niet wordt gestoord.