Spuittechniek is meer dan beperken van drift

Bij bijna elke bijeenkomst in de akker- en tuinbouw is er op dit moment aandacht voor driftreducerende spuittechnieken. Er is niet één techniek de beste. De juiste techniek is deels bedrijfsafhankelijk: welke gewassen zitten er in het bouwplan en welke gewasbeschermingsmiddelen staan er in de kast?

De keuze van de spuittechniek is niet eenvoudig. De lijsten met driftreducerende doppen (DRD-lijst) en driftreducerende technieken (DRT-lijst) worden soms na enkele maanden alweer aangepast. Het is lastig om goed op de hoogte te blijven, zelfs voor adviseurs.

Doppenkeuze

Bij een driftreductie van 75 tot 90 procent kan een juiste doppenkeuze voldoende zijn. Bij de driftreductieklassen 95, 97,5 en 99 procent is een combinatie van maatregelen nodig: luchtondersteuning, lagere spuitboom en/of technieken als Wingssprayer en Wave. De keuze bepaalt mede de verplichting van drukregistratie.

Niet alleen de wettelijke voorschriften bepalen welke driftreductie nodig is. Steeds meer gewasbeschermingsmiddelen melden op het etiket extra hoge eisen ten aanzien van driftreductie. De middelenlijst die 97,5 procent driftreductie vraagt, zal alleen maar groeien.

Insecticiden

Vooral bij insecticiden is vaak sprake van een relatief smal middelenpakket. Een driftreductie van 97,5 procent is snel nodig. Kiezen voor alleen goede doppen is dan niet voldoende. De technieken met de hoogste driftreductie geven telers de meeste keuzevrijheid.

Luchtzaktechnieken komen in combinatie met een verlaagde spuitboom op een driftreductie van 97,5 procent. De Hardi met Twin Force zelfs zonder verlaagde spuitboom. Technieken als Wingssprayer en Wave scoren 99 procent driftreductie.

Effectiviteit

Telers moeten bij de keuze niet alleen kijken naar de driftreductieklasse en wel of geen drukregistratie. Belangrijk is om ook naar de effectiviteit van de bespuiting te kijken. Kiezen voor alleen doppen is technisch gezien een goedkope oplossing, maar geeft in de praktijk een te grove druppel.

Luchtzaktechnieken, Wingssprayer en Wave kunnen een goede bladbedekking geven. De afstelling van de spuit moet dan wel goed zijn. De bladbedekking laat te wensen over als bij een luchtzak de luchtdruk niet goed is of bij de Wingssprayer en Wave de spuitboom te diep door het gewas gaat.

Extra spuiten

Wie bij een bepaald gewasbeschermingsmiddel niet de juiste techniek kan toepassen, kan te maken krijgen met een minder goede werking van het middel dan in het verleden. De teler gaat dan misschien een keer extra spuiten. Per keer met minder emissie, maar misschien niet per saldo.