Vraag naar vochtige bijproducten trekt aan

Regionaal zijn er wel grote verschillen. In het zuiden en midden van het land is de maisoogst namelijk al volop gaande, terwijl in het noorden de eerste percelen snijmais nog maar net gehakseld zijn.

Ook de vraag naar andere vochtige bijproducten als bierbostel trekt aan. Dat is traditioneel het geval in het najaar, als het eind van het groeiseizoen in zicht komt. Melkveehouders kunnen nu vrij goed inschatten hoe groot hun ruwvoervoorraad voor de winter is en welke producten naast het ruwvoerrantsoen goed zouden passen.

Toch loopt het geen storm, merken de leveranciers van natte bijproducten. Het enthousiasme van melkveehouders om vochtige krachtvoeders aan te kopen is minder groot dan het in voorgaande jaren was.

Mineurstemming

Naast het feit dat de ruwvoervoorraden door de bank genomen groter zijn dan vorig jaar, lijkt de terughoudendheid te maken te hebben met de mineurstemming in de sector. De liquiditeitspositie van veel melkveehouders geeft geen reden tot juichen. Melkveehouders wachten af hoe de maisoogst uitpakt en beslissen later over de eventuele aankoop van vochtige voeders.

Niet in alle regio's lijkt de snijmais top te zijn, zowel wat betreft kwantiteit als kwaliteit. In oostelijke delen van de Achterhoek en Twente is door de droogte de oogst een stuk kleiner. In het noorden van het land zijn de geluiden wisselend. Hier en daar is sprake van te kleine kolven, waardoor de voederwaarde per kilo droge stof achterblijft.

Bierbostel

De beschikbaarheid van bierbostel is krap. De prijs is redelijk stabiel en beweegt zich tussen de 2,10 euro en 2,30 euro per procent droge stof. Dat is 25 cent minder dan vorig jaar deze tijd. Toch is bierbostel nog steeds te duur in vergelijking met krachtvoer, en dat drukt volgens fouragehandelaren de vraag.

Toch zijn er volgens dezelfde handelaren ook melkveehouders die zich door het krappe aanbod van bierbostel laten prikkelen om op hun bedrijf een voorraadje aan te leggen voor de komende maanden.

Ook voor aardappelproducten als aardappelpersvezels, -snippers en -stoomschillen geldt dat de beschikbaarheid niet heel groot is. Naar verwachting verandert dit de komende maanden, als de aardappelverwerkende bedrijven op volle kracht de oogst van 2019 verwerken. Ook voor de aardappelproducten geldt dat de prijzen zich op een iets lager niveau bevinden dan vorig jaar

Perspulp

De suikerbietenverwerkende bedrijven zijn de afgelopen weken stuk voor stuk opgestart. De eerste vrachten perspulp zijn uitgeleverd. De regionale schattingen van de suikerbietenopbrengst verschillen nogal. De stand van het bietengewas verschilt sterk per regio.

Op de kleigronden in Zuidwest-, West-, Midden- en Noord-Nederland staan de bieten er in het algemeen redelijk goed voor. Maar vooral in het zuidwesten laten behoorlijk wat percelen tekenen van het vergelingsvirus zien, tot soms wel 20 procent van het teeltoppervlak. Op de lichte gronden in Zuidoost-, Oost- en Noordoost-Nederland is de stand minder, vanwege de zomerdroogte.

Suiker Unie verwacht per hectare gemiddeld 84 ton bieten van het land te halen. Dit is minder dan de gemiddelde hectareopbrengst van de laatste vijf jaar. Dat kan gevolgen hebben voor de omvang van de leveringen aan veehouders die perspulp in de voorverkoop hebben gekocht.