Telers vrezen wegvallen middelen

Dat stelt Joris Baecke, portefeuillehouder Gezonde Planten bij LTO, in de context van de Toekomstvisie gewasbescherming 2030 die landbouwminister Carola Schouten deze week heeft gepresenteerd. 'Deze visie sluit voor een belangrijk deel aan bij de ambitie Plantgezondheid 2030, zoals de plantaardige sectoren van LTO hebben vastgesteld', aldus Baecke.

'Het is cruciaal dat we de visie in de praktijk brengen. Maar daarvoor is één uitvoeringsprogramma nodig, met aandacht voor de lange en de korte termijn.' Juist op die korte termijn vreest hij problemen. Baecke vraagt voor het uitvoeringsprogramma onder meer inzet op veredeling, groene gewasbescherming, precisielandbouw en het ontwikkelen van kennis over de interactie van het gewas met de bodem en de omgeving.

'Om de toekomstvisie te realiseren, is een extra investeringsimpuls nodig', stelt Baecke. 'Wij vragen de overheid de komende vijf jaar in totaal 60 miljoen euro bij te dragen.' Deze oproep wordt ondersteund door een groot aantal partijen uit het bedrijfsleven en de maatschappij. Het bedrijfsleven heeft toegezegd dit bedrag te verdubbelen.

Crispr-Cas

De LTO-portefeuillehouder nam deze week deel aan een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer over plantgezondheid. De plantenveredelaars deden daar een oproep aan de politiek om de strenge regels voor Crispr-Cas in Europa te versoepelen. Ze zien hierin onder meer een belangrijke methode om gewassen aan te passen aan droogte, hitte, wateroverlast en ziekten die het gevolg zijn van klimaatverandering.

Crispr-Cas is een effectieve methode om snel veel varianten van een gewas op te kweken. Het kost gemiddeld zestien jaar om daaruit een geschikte variant te filteren. 'Als we in 2030 gewassen willen hebben die vrij zijn van gewasbeschermingsmiddelen, dan moeten die nu al in die genenvariatie zitten', verduidelijkt directeur Niels Louwaars van branchevereniging Plantum voor de aanwezige Kamerleden.