Vijf vragen over bigvitaliteit

Vormt zorg voor de gelt de basis van bigvitaliteit?

Elke zeug dient bij haar eerste inseminatie voldoende te zijn ontwikkeld. Komen gelten met een goede conditie in de kraamstal, dan zorgt dat voor grotere, uniformere tomen met vitalere biggen. Ze hebben een langer en productiever leven als het conditieverlies in de kraamstal binnen grenzen blijft.

Omdat de moderne zeug bevleesder is, is sturen op gewicht de beste parameter. Investeer in een zeugenweegschaal om de uitval van biggen te beperken.

Betaalt zorg rond werpen zich uit?

Pasgeboren biggen hebben een zeer beperkte energievoorraad en zijn gebaat bij minimaal energieverlies. Zo snel mogelijk drogen op een comfortabele plek is de eerste winst. Ze komen sneller op hun poten om naar de uier te gaan.

Met warme biest krijgen ze volop energie en beschermende stoffen binnen. Toezicht houden op het werpen en een helpende hand toesteken loont.

Biestmanagement kan altijd beter?

Bepalen of elke big minimaal 250 milliliter biest heeft gedronken en voldoende maternale antistoffen heeft binnengekregen, is ondoenlijk. Maar de kans dat de big voldoende binnen krijgt, is zeker te vergroten.

Zeugen twee tot drie weken voordat ze werpen vaccineren, zorgt voor de hoogste gehalten aan antistoffen in de biest. Vervolgens is het de kunst de biest goed te verdelen over de biggen.

Zeker bij tomen met zestien levend geboren biggen en meer is split suckling noodzakelijk. Kijk regelmatig en markeer de acht eerstgeboren biggen. Zet de zwaarste tijdelijk apart.

Is geboortediarree te voorkomen?

Een goede voorbereiding is het halve werk. Zorg voor een lage infectiedruk door elk kraamhok schoon, ontsmet en droog te hebben. En creëer een comfortabel biggennest voor een zeug gaat werpen.

Check of de dichte vloer 32 tot 34 graden Celsius is. Een te koude vloer geeft pasgeboren biggen extra stress, wat de kans op diarree vergroot. Maak van een hok met diarree een alarmhok en neem voorzorgsmaatregelen zoals het gebruik van over- en handschoenen en een waarschuwingslint.

Laat de natuur zich sturen?

Biggen van minder dan 1 kilo bij de geboorte zijn niet te voorkomen, maar het percentage is wel te beperken. Dat geldt ook voor de uniformiteit en vitaliteit van de toom. Fokkerij, zeugenvoeding en een goede vaccinatiestrategie bij zeugen dragen daaraan bij.